Op Reis Quotes

We've searched our database for all the quotes and captions related to Op Reis. Here they are! All 18 of them:

... de jongen soo verbaast gaauw tegen de stijlte weer op liep, schreeuwende luijtkeels de schuijt vergaat og was ik bij mijn moeder op het landt, van hem een openhartige confessie, door hem geroepen en van andere meer als duijsentmalen gedagt, maar die ijdele wenschen konnen nu niet baten, bidden Godt maar hij ons soo eens met voor en tegenspoet sal laten komen in de have van ons begeerte ...
Maria Wilhelmina Lammens (Op reis met de VOC. De openhartige dagboeken van de zusters Lammens en Swellengrebel)
En la forest de Longue Attente chevauchant par divers sentiers m'en voys, ceste année présente où voyage de Desiriers. Devant sont aller mes fourriers pour appareiller mon logis en la Cité de Destinée. Et pout mon cœur et moy ont pris l'ostellerie de Pensée. Dedans mon livre de pensée j'ay trouvé escripvant mon cœur la vraie histoire de douleur de larmes toute enluminée. In het Woud van Lang Verwachten te paard op pad, dolenderwijs, zie ik mijzelf dit jaar bij machte tot Verlangens' verre reis. Mijn knechtstoet is vooruitgegaan om 't nachtverblijf vast te bereiden, vond in Bestemming's Stad gereed voor dit mijn hart, en mij ons beiden, de herberg, die Gedachte heet. In 't boek van mijn gepeinzen al vond ik dan, schrijvende, mijn hart; het waar verhaal van bitt're smart verlucht met tranen zonder tal. Charles d'Orléans
Hella S. Haasse (In a Dark Wood Wandering: A Novel of the Middle Ages)
In je zoektocht naar een authentieke en unieke ervaring imiteer je de authentieke en unieke ervaringen van anderen. Als toerist die toeristen wil vermijden, reis je andere toeristen na naar plekken waar zij met succes toeristen hebben vermeden. De implicatie hiervan is dat je haast moet maken, want voor je het weet komen er nog meer toeristen zoals jij op het idee om toeristen te mijden op diezelfde plek en wordt het daar net zo toeristisch als elders.
Ilja Leonard Pfeijffer (Grand Hotel Europa)
De wereld heeft veel te bieden en daar komen we pas achter wanneer we van huis gaan. Daarmee impliceert Urry een wat ongemakkelijk inzicht, namelijk dat het thuis altijd saaier is dan op reis. Het eigen leven is teleurstellend, en daarom moeten we eropuit. Ik
Ruud Welten (Het ware leven is elders)
Maar asof die natuur self vir Eron ’n troosgeskenk wou gee, was dit ’n helder herfsdag toe hy die voetheuwels van Galgepiek bereik. Die son het deur die takke gesprankel en die woud in skarlaken en brons gehul. Daar was die sonlig en die herfsblare en sy gedagtes het verder weggedwaal, sodat hy nie mooi besef het wat rondom hom gebeur nie. Die klank van tienduisend ruisende, ritselende blare het sy aandag getrek. Maar dit was nie herfsblare nie, dit was vlinders wat in die Nanaalse woud vertoef op reis na die warmer suidelike streke. Soos blare met gekartelde rante het hulle rondgedwarrel en ineens was alles één: Die vlinders was bewus van die son, die son het homself gedeel met die woud, die woud was bedag op die voetstappe en het haarself oopgekelk vir die hartseer seun en sy hond.
Carina Stander (Die Wonderwese (Bergengel #2))
Dat kan ik u aanraden,’ zei Peter. ‘Op reis gaan. Dat heeft mij veel vreugde gebracht, maar helaas ook veel verdriet. Je kunt alles achterlaten behalve je herinneringen. Die reizen voortdurend met je mee en juist de meest verdrietige wegen het zwaarst.
Ravelli (Verzamelaar van verboden liefdes (De Vliegenvanger trilogie Book 1) (Dutch Edition))
Voor de zoveelste maal kom ik thuis van de reis en weer staat mijn stoel gereed, tafel en bed gedekt, pantoffels bij 't vuur, alsof ik iedere dag verwacht werd. Mijn kinderen hebben heel gewoon 'Pa' gezegd en mijn vrouw heeft gevraagd wat ik verkoos, lever of haring. Ik heb niet geantwoord omdat ik de moed niet had mijn eigen stem aan te horen, heb de hand uitgestoken naar wat het dichtstbij stond en zwijgend mijn maag gevuld. Hun gerustheid, hun zekerheid dat ik ook ditmaal terugkeren zou heeft mij beschaamd en diep gegriefd. Maar was ik aan 't bulderen gegaan dan had er niets op overgeschoten dan met weerzin weer op te staan. En het trekken lokt mij niet meer. Ben ik vermoeid of kan ik het licht van gindse land niet meer verdragen? Ik voel in ieder geval dat van een volgende tocht niets meer terechtkomt. En zo is het goed ook, want mij rest nog maar net de tijd om eindelijk met vrouw en kinderen wat mee te leven, mij te koesteren aan de warmte van de haard en te werken voor onze oude dag die voor de deur staat. Zolang ik ginder dwaalde heb ik mijn kinderen niet opgevoed maar met hen gespeeld, voor mijn vrouw niet gezorgd maar van haar genoten. Die meimaandjes zijjn nu voorbij. Hier bij' t vuur, in onze kooklucht, komt het eropaan mijn plicht te doen als een doodgewoon mannetje dat ik tenslotte ben. Want hun ogen zijn op mij gericht. Doet mijn vrouw haar plicht niet als zij wast en plast, als zij op griezelige regendagen op de vismarkt loopt te dwalen zonder acht te slaan op haar aderspatten noch op haar slechte stoelgang? Doen niet die kinderen eveneens hun plicht wanneer zij achter schoolmuren hun zonnigste dagen slijten?
Willem Elsschot (Tsjip - De Leeuwentemmer)
Hij haalt kabelaanbinders uit zijn bestelwagen. Aan de andere kant van het huis maakt hij beide ladders met het zwembord aan elkaar vast. 'Straks ga ik trouwens bij jullie buren langs', zegt hij, weer in de keuken. Els en Dieter staren hem aan alsof er een bijl vastzit in zijn schedel. Waarom hun buren, willen ze weten. Hij legt uit dat hij er met een kleurenwaaier langs zal gaan, zodat ze een kleur kunnen kiezen - eens hij hier klaar is, begint hij bij hen. Dieter wikkelt zijn armen om zijn hoofd, Els slaat met haar vlakke hand tegen een geschilderde muur. 'Verdomme,' zegt ze, kijkend van haar Pick Nickroze hand naar de skeletvingers op de muur. 'Sorry.' Alphonse drukt een doek tegen de mond van een fles terpentine, houdt haar hand in de zijne om die schoon te maken. Even staat ze erbij als een beteuterd kind, haar vingers opengesperd zodat zijn kordate, vaderlijke vegen alle verf kunnen vinden, dan laait haar toorn weer op: 'Niet normaal! Dat is gewoon niet meer normaal!' Hij haalt een kleine, nieuwe verfroller uit de verpakking en laat die als een lichte pletwals een luchtige tocht over de handafdruk maken. Het werkt. 'Alles wat wij doen, willen zij ook', verduidelijkt Dieter. 'Geen idee hoe dat zit in het hoofd van die mensen. Ze hebben je bestelwagen voor onze deur zien staan en hup, hun keuken moet ook een nieuwe kleur krijgen.' 'Hun slaapkamers.' Ze hebben hem niet gehoord. 'Het is al jaren aan de gang. Wij een huis, zij een huis. Wij een kind, zij een kind. Wij een nieuwe wagen of een reis door de Verenigde Staten: zij ook.' Somber verwijdert Els verfresten van onder haar nagels. 'Wat moeten wij doen? Verhuizen?
Annelies Verbeke (Dertig dagen)
De toneelschool waar ik in 1969 een jaar lang de afwas deed bevond zich in een oud kasteel in Devon, Dartington Hall, ooit een buiten van Hendrik de Achtste. Dartington was niet de ideale tussenstop op weg naar een filosofische faculteit. Het was onder meer een beroemde kostschool die werd bevolkt door een heerlijke troep artistiekerige jongelui die zichzelf te 'gevoelig' achtten voor zoiets 'rationeels' als de filosofie. Zij waren allemaal kunstenaars in de dop en geloofden heilig in het verschil tussen voelen en denken. Zij dansten, musiceerden en schilderden. Ik waste af. En 's avonds keken we allemaal naar de sterren. Ik wilde niet afwassen, ik wilde filosofie studeren, maar ik kende niemand die mij kon helpen of adviseren. In mijn onwetendheid had ik een boek van Karl Jaspers uit Nederland meegenomen: een Aula-pocket met de titel 'Kant'. Wat een teleurstelling. Ik kon het niet volgen en begon me een beetje grimmig te voelen tegenover die ongenaakbare citadel van filosofie, waarbinnen men naar ik hoopte aan de diepste vragen over mens, god en wereld sleutelde, zonder mij er evenwel in te laten. Ik kon tenminste nergens een toegang ontdekken en bleef buiten staan mokken, totdat ik op een dag in de familiebibliotheek in Darlington Russells 'History of Western Philosophy' ontdekte en voor onbeperkte tijd mocht lenen. UIt de sombere burcht die ik had opgedroomd, kwam deze opgewekte man naar buiten drentelen en met één handgebaar veegde hij mijn verongelijktheid weg. Met die ondeugende jongensachtige scherpte die het kenmerk is van zijn schrijven en denken, neemt Russell zijn lezers mee op een onvergetelijke reis door vijfentwintig eeuwen westerse filosofie. Je leest hem zo graag omdat je je steeds van zijn aanwezigheid bewust bent, terwijl hij Plato, Augustinus of Descartes voor je uitlegt. Afgezien van al die filosofen, kom je in dit boek vooral ook Bertrand Russell tegen en dat is een onvergetelijke ontmoetong.
Bert Keizer (Vroeger waren we onsterfelijk)
Voordat ik aan mijn reis begon, wist ik, dat wanneer ik een oud verhaal mocht overwinnen op triomfantelijke manier, de klank onovertroffen en weergaloos zou blijven, tot na mijn bestaan in een wijze van nieuwe vorm aan collectief spiritueel onderbewustzijn.
Petra Hermans
Kry oorspronklike inhoud wat inlig, vermaak en verenig. Ons plaas ‘n vars perspektief op ouerskap, nuus, populêre onderwerpe en persoonlike ervarings. Ons doel is om waarde toe te voeg tot jou Mamma-wees reis en dit saam met jou te geniet. Verkry die beste Motoriese aktiwiteite, om sodoende jou kleintjie optimaal in totaliteit te ontwikkel, asook gesonde resepte, idees en ‘wyshede’ om ñ dag van Mamma-wees te oorleef.
Momday to Sunday
Zou ze me, als haar man op reis was, een keer willen toestaan naar Newmarket te komen en een blik in haar huis te werpen? Nee, nooit.
Mario Vargas Llosa (Travesuras de la niña mala)
In het gedicht 'Ithaka' van Kavafis staat zoiets dat je alle enge monsters niet hoeft te vrezen op je reis. Je zult de cyclopen en laistrygonen niet ontmoeten, tenzij je ze meeneemt in je eigen hoofd.
Ilja Leonard Pfeijffer (De filosofie van de heuvel: op de fiets naar Rome)
Het is het beeld van relatief jong zijn en relatief jong je moeder verliezen. Ik sta op het perron en zwaai mijn leeftijdsgenoten vrolijk uit omdat je mensen niets hoort te misgunnen. Goede reis. Ik blijf wel. Ja, hoor. Ik blijf.
Lisanne van Sadelhoff (Je bent jong en je rouwt wat)
Bij een reis naar een erg warm land had hij geen behoefte aan luchtig en dun ondergoed, integendeel, juist in hete landen moest hij warme kleding bij zich hebben, weliswaar lichte maar evengoed warme kleding, fijne kasjmier vesten bijvoorbeeld, en in elk geval onderhemden. Je zit immers bij onderhandelingen en meetings en bij de maaltijden voortdurend in door airconditioning flink afgekoelde vertrekken, nergens heb je het kouder dan bij die woestijnsjeiks waar kou als luxe wordt gezien en luxe als levensdoel. Als je in Doha niet toevallig op straat rondloopt - maar wie doet dat daar? en waarom zou je het doen? - is het daar kouder dan op een parkbank in Noord-Finland.
Robert Menasse
Kolossenzen  Wat is dit voor boek? Dit is een brief die geschreven is door Paulus aan de gelovigen in de stad Kolosse in Klein-Azië (= Turkije). Paulus reisde naar andere landen om daar de mensen over Jezus te vertellen. Op het moment dat hij deze brief schrijft, zit hij in de gevangenis in Rome vanwege zijn geloof in Jezus. Hij is nog nooit in de gemeente van Kolosse geweest. Bij zijn eerste reis naar Efeze had Paulus al over deze gemeente gehoord. Maar nu is hij bezorgd over de Joodse ideeën die de gelovigen hebben. Er zijn mensen die hun leren dat ze zich aan de Joodse regels moeten gaan houden. Paulus legt in deze brief uit dat God Zelf helemaal in Jezus woont, en dat Jezus God Zelf is. Alles wat de gelovige nodig heeft, kan hij vinden in Jezus. Verder geeft Paulus adviezen over hoe de mensen als gelovigen moeten leven.
J. Kleyn (BasicBijbel - de bijbel in makkelijk Nederlands (Dutch Edition))
Terwijl we de herinneringen aan onze reis aaneenrijgen, begeven we ons op weg voor een volgende reis. Verlangend naar degene die ons voor zijn gegaan, en naar degenen die ons achterna zullen komen. En oojt zullen we al onze geliefden qeer treffen, aan de andere kant van de horizon.
Hiro Arikawa (Nana Du Ký)
Pluisje,' fluistert Pluk, 'als je op reis gaat, dan zijn liedjes van een vriend soms echt het aller-allerbeste dat je bij je kunt hebben.
Mathilde Stein (De weg naar terug (Pluk en Pluis, # 1))