β
Hij bleef lachen, maar het klonk nu niet meer als lachen, maar als huilen.
'Ik hou van je,' zei hij. 'Het spijt me.
β
β
Floortje Zwigtman (Schijnbewegingen (Een groene bloem #1))
β
Hoe kan het een wet zijn dat je, als je iemand kwijtraakt, ook meteen jezelf kwijtraakt? -Ik wil niet mee, ik wil niet mee! Nu weet ik: geen verzet. Het is zoals wanneer je wordt gepakt door een wild dier of door de stroming: hou je van de domme. Wees geen held.
β
β
Maartje Wortel (Goudvissen en beton)
β
Maar ik hou nog steeds van je!' 'OkΓ©, maar wil je nou vanille- of hopjesvla?
β
β
Paulien Cornelisse (Taal is zeg maar echt mijn ding)
β
Ik kreeg de merkwaardige gedachte dat ze bij zichzelf overwoog 'ik hou van je' te zeggen. Het verschil tussen ons was dat ze altijd aannam dat mensen dat soort dingen wel wisten, terwijl ik me er altijd zorgen om maakte dat ze het niet wisten.
β
β
M.L. Rio (If We Were Villains)
β
Katrijn reached out for the pommel. Ever so lightly, she touched the tip of her finger to the gem. Then she cupped it, gently, in her palm, before pulling away. She looked up at him.
βWhen you go home to your family, will you put the Moon back in the sky?β
βI will,β Tom said. βAnd every night, when you look up and see it, youβll know Iβm thinking of you.β
She flung herself at him. She wrapped her arms tightly around his neck and whispered in his ear.
βIk hou van je, Tom.β
He closed his eyes and held her. βI love you, too, Katrijn.
β
β
Kevin Sands (Call of the Wraith (The Blackthorn Key, #4))
β
Het is raar met meisjes.
Je kunt er niet omheen.
Ze zijn zo leuk.
En ze zijn overal.
Ze doen altijd alsof hun neus bloedt.
Ik hou van hun stemmen. En ik hou ervan als ze lachen en glimlachen.
En als ze lopen.
Ze zijn ook een beetje eng.
Soms denk ik dat ze iets weten wat ik niet weet.
Maar ze zijn leuk.
En moeilijk te krijgen.
β
β
Erlend Loe (NaΓ―ve. Super)
β
Nooit weet ik wat ik aan je heb. Als je iets zegt, weet ik nooit of je dat nu meent of niet. Als je lacht, weet ik nooit of je echt lacht, of maar doet alsof. Je pest zo graag, maar je kan er niet tegen al je zelf gepest wordt. Je kan mensen zo (onredelijk) afkraken, terwijl je later doet alsof je ze mag. Soms lijkt het alsof je heel veel van me houdt, dan weer denk ik dat je ee hekel aan me hebt. Ikk vind dit intrigerend, maar tegelijkertijd verwarrend. Toch hou ik van je. Heel veel. Misschien wel daarom.
Reza
β
β
Ronald Giphart (Ik ook van jou)
β
Hoe vaak denk je nog aan haar?β
βZelden of nooit. Is dat erg?β
βVind jij het erg?β (De jij-bak, ook een psychiatertruc.) βTwee dochters verliezen is oneerlijk.β
βHet moest zo zijn, karma.β
βEn dat is het?β
βJa, lijkt me genoeg.β
βHou je eigenlijk van je kinderen?β
βWelke?β
Het raam stond open, we luisterden naar de wind in de bomen. Een grijs licht vulde de kamer.
βVraag dan,β zei ze zacht.
Ik durfde niet.
β
β
Adriaan van Dis (Ik kom terug)
β
Over moraal:
Ik hou eigenlijk niet zo van een moraal. Maar als ik er één moet bedenken dan is het: Vind je eigen kracht in je eigenheid, vind jouw individuele kern en kijk dan de wereld en de werkelijkheid recht in de ogen.
β
β
Gaby den Held (Maan)
β
Alyss,' zei hij. 'Ik hou van je. Ik heb altijd van je gehouden!'
Hij zag het in haar ogen. Een moment van complete verwarring. Botsende gevoelens. En toen ineens een flits van helderheid.
β
β
John Flanagan (The Siege of Macindaw (Ranger's Apprentice, #6))
β
Waarom hou ik van je, als ik je niet kan uitstaan? Waarom haal je zulke rotstreken uit, als je van me houdt? Waarom gaan we niet uit elkaar, net als iedereen?
β
β
Frans Kellendonk (Mystiek lichaam: Een geschiedenis)
β
Je hebt uiteindelijk je begeerte lief en niet het begeerde.'
Het kwam er veel plechtiger uit dan bedoeld. Meteen had hij spijt het te hebben gezegd. Simon wist dat het waar was, maar wist ook dat het aanmatigend was om te zeggen dat het waar was.
Lizzie fronste. Zij vroeg of hij het nog eens wilde zeggen. Toen zei ze: 'Nou, dat vind ik niet. Ik hou gewoon van jou.
β
β
Joost Zwagerman (Vals licht)
β
Als ik in de vakkrant voor idioten, HLN, dan de commentaren lees van al die superidioten die zich toch zo graag interessant maken, die lullen over iets waar ze geen benul van hebben, dan keert mijn maag. Als je er echt geen jota van weet, hou dan toch jullie klep, zootje HLN pummels.
β
β
Jean Pierre Van Rossem
β
De mensen hadden toch gelijk. Ik wilde niet alleen goed, maar beter zijn dan anderen. Ik aasde, anders dan Werner, op bewondering. Uitzonderlijkheid als overlevingsstrategie. Want alleen op veilige hoogte zou ik immuun zijn voor uitstoting. Je bent niet zoals wij, je gedraagt je zo raar. Wil je niet op ons lijken, hou je niet van ons? Dan houden we ook niet van jou. Het tegengif was bewondering.
β
β
Mariken Heitman (Wormmaan)
β
Grote Panda', zei Kleine Draak, 'ik hou van de manier waarop je naar me luistert en tegen me praat en met me op pad bent, maar het allermeest hou ik van het gevoel dat je me geeft
β
β
James Norbury (Big Panda & Tiny Dragon (Big Panda & Tiny Dragon, #1))
β
Soms lees ik in een boek 'ik hou van u', daar moet ik dan erg om lachen. Alsof je van een 'u' kunt houden! Je houdt van een 'je', toch?
β
β
Yusuf AtΔ±lgan
β
Hubert zat voor de televisie naar een sportprogramma te kijken. Hij geeft niet veel om sport, maar dat programma laat hij zich zelden ontgaan. Hij zit hoe dan ook te veel voor de tv, en omdat hij niet graag alleen zit, verspil ook ik op die manier veel tijd. Hij merkt mij nauwelijks op, praat niet met me, maar wil wel dat ik in de kamer ben. Soms zit ik erbij te lezen, maar dat is slecht voor je ogen omdat het te donker is in de kamer. Aan de andere kant is ook televisie kijken slecht voor je ogen. In feite is alles wat we doen wel ergens slecht voor. Als je alle adviezen zou willen opvolgen, was het uiteindelijk alleen nog maar gezond om dood te zijn.
We zaten daar dus tot elf uur en ik herinner me niet dat ik iets heb gezien. Terwijl ik toch gekeken moet hebben, want ik had mijn ogen de hele tijd open en op het scherm gericht. Waar zijn de uren, dagen, maanden en jaren die mij op deze of een dergelijke manier door de vingers zijn geglipt? Het is een griezelig idee dat ik zoveel weet wat ik me niet kan herinneren. Het is alsof je in een vredige wei zit en niet vermoedt dat er ieder ogenblik een wild dier van achter een bosje tevoorschijn kan springen. Ik hou niet van verrassingen.
β
β
Marlen Haushofer
β
Ik heb je liever
Ik heb je liever dan brood,
al zegt men dat het niet kan
en al kan het ook niet.
Ik heb je liever dan vrolijkheid of regen,
liever dan de stilte van drie uur
in de rustig in- en uitademende nacht.
De meeuwen scheren overdag met hun vleugels
langs de blonde warme lucht.
De wilde bloemen staan te lachen
in het warme bad van de zon.
De zon danst zijn toch maar kleine rol
met zoveel overgave dat het heel
stil wordt, hier, in dit deel van het heelal.
Ik heb je liever dan brood,
al zegt men dat het niet kan
en al kan het ook niet.
Liever dan vrolijkheid of regen,
liever nog dan ik heb je lief.
β
β
Hans Andreus (Vertel hoeveel ik van je hou: vijfendertig liefdesgedichten)
β
Je bent zo
mooi
anders
dan ik,
natuurlijk
niet meer of
minder
maar
zo mooi
anders,
ik zou je
nooit
anders dan
anders willen.
β
β
Hans Andreus (Vertel hoeveel ik van je hou: vijfendertig liefdesgedichten)
β
Nachtrust
Avond. Twee tuinen verder woedt het voorjaar
en sluipen kapers door het donker.
Ergens vechten nagels om een vacht.
Gekrijs om kruimels liefde. Stukgebeten oren.
De krolse oorlog van een voorjaarsnacht.
Bijna vergeten hoe ik met dezelfde woede
door het donker joeg, hoe jij nog valser
dan een kat je nagels in drie harten sloeg.
Wat is het lang geleden en wat blijf je mooi.
Ik heb de dagen één voor één geteld
en met de beste woorden die ik heb:
ik hou van je. In jou vind ik een bed.
En het is lente en we delen hier
dezelfde nacht met alles wat dat zegt.
β
β
Menno Wigman (Zwart als kaviaar: gedichten)
β
... dead letters sent (Hopkins)
Ik schrijf je in de nacht.
Zoals bekend is het dan stiller.
En zeker in dit dorp: de bomen rillen
in de wind maar verder hoor
ik alleen het stokken van mijn bloed
en het haastig weer doorstromen door
die mooie rode boom van leven.
Ik schrijf je alsof je iemand bent
die op een brief wacht, op mijn woorden
achter en onder elkaar, ik zeg
er niet veel in maar je kent
me weer als ik eindig met gegroet.
Maar zo is het niet. Wat moet je met brieven?
En ieder woord komt bij me terug.
β
β
Hans Andreus (Vertel hoeveel ik van je hou: vijfendertig liefdesgedichten)
β
In het verlengde van mijn vinger moet ergens Vacqueyras liggen. Nog zoβn wijnparadijs. Jouw mama heeft daar grootse en schone zomers van haar jeugd doorgebracht. Je kon het merken als ze over deze streek praatte. Ze deed dat op een manier waarvan ik hoopte dat ze tegen anderen over mij praatte. Als ze mij slechts één keer aan een vriendin zou hebben beschreven zoals ze de ProvenΓ§aalse olijven mijn mond in praatte, dan zou mijn ego voor de rest van mijn leven zijn gestreeld. Alle vernederingen en tegenslagen zou ik er blijgemutst bij kunnen nemen. Misschien heeft ze mij ooit wel zo aan iemand beschreven. Het zou kunnen. Ik weet het niet.
β
β
Dimitri Verhulst (De zomer hou je ook niet tegen)
β
Het duurde slechts een paar seconden, jongen, maar bovenwonderlijk intens was het. Nadien heb ik gevochten tegen de opwellende melancholie, eenmaal ik grondig dat hele sterrenstelsel aan geboortevlekjes op haar rug bestudeerde, die hele constellatie aan schattige spatjes poogde te memoriseren tot de alzheimer het weer van mij kwam stelen, nog altijd in de overtuiging dat we elkaar maar één enkele, doch schone keer zouden beminnen.
β
β
Dimitri Verhulst (De zomer hou je ook niet tegen)
β
En ze leunde makkelijk tegen de muur, om aandachtig te kijken naar mijn ochtendpik terwijl ik de lakens van me wierp. Ikzelf had nooit geweten hoe dat precies moest, naar iets te kijken voor het laatst. Niet naar de skyline van een stad die ik verliet, niet naar een woning eens de huur afliep, niet naar mijn vader toen die stierf. Jouw moeder leek daar weinig problemen mee te hebben. Ze keek met de honger van het leven tot op de laatste snik.
β
β
Dimitri Verhulst (De zomer hou je ook niet tegen)
β
Luister nou nog even... Dit is belangrijk, No. Wat ik wilde zeggen is dat, als meer meisjes tegen hun ouders zeggen: papa en mama, ik hou van jullie, en ik respecteer jullie, maar ik wil voortaan mijn eigen keuzes maken, dan vormt er zich langzamerhand een grote groep. want weet je, als al die ouders al hun dochters verstoten, dan mΓ³Γ©ten ze zich wel realiseren dat er iets veranderen moet. Omdat ze anders degenen kwijtraken van wie ze het meest houden: hun kinderen...
β
β
Francine Oomen (Hoe overleef ik mijn ouders? (en zij mij!) (Hoe overleef ik, #9))
β
De bomen rond dit huis, dat in de duinen ligt, zijn kaal. Ik vind ze mooi. Zo dun en wuivend en doorzichtig, zoveel complexer van structuur dan ze in de zomer waren. Het is niet nodig voor een boom om altijd het lied van zomer, zomer, zomer te zingen. Pas in de winter kun je zien wat er achter al dat groen steekt. Zo hou ik ook van mensen die alle seizoenen kennen. Pas dan kun je zien wat ze waard zijn. Niet in voorspoed maar in tegenspoed. Pas dan wordt het leven een kunst.
β
β
Renate Rubinstein (Niets te verliezen en toch bang)
β
Overdag droom ik van je en 's nachts hou je me wakker.
β
β
Lisette Jonkman (Onbegrensde liefde (Onbreekbaar #2))
β
Stel je voor dat je mooie woorden eerst zou moeten kopen voordat je ze zou mogen gebruiken. Dan zouden sommige spraakwatervallen snel blut. Zijn. En de rijken zou den het voor het zeggen hebben, omdat ze alle belangrijke woorden konden opkopen. En 'ik hou van je' zou het duurst zijn
β
β
Nina George (The Little Paris Bookshop)
β
Ik hou van je, Alicia... De weinige uren die we samen hebben doorgebracht, aan de oever van de rivier in Rome, of in het museum van Rudolf, waar we de steen zagen vonken, dat zijn de beste momenten van mijn leven sinds lange tijd. Omdat we samen waren... Omdat er geen angst, geen gevaar meer bestond, alleen wij tweeΓ«n...'
'Dank je, Samuel... Als ik eerlijk tegen mezelf ben,' lichtte ze toe, 'geloof ik dat ik ook van jou hou, Sam... En... en nu ik het er toch over heb... Als ik je de volgende keer kus, zou ik graag zien dat je wakker bent, okΓ©?
β
β
Guillaume PrΓ©vost (The Circle of Gold (The Book of Time #3))