Voor Jou Quotes

We've searched our database for all the quotes and captions related to Voor Jou. Here they are! All 77 of them:

Wanneer een S.S.-man me dood zou trappen, dan zou ik nog opkijken naar z'n gezicht en me met angstige verbazing en menselijke belangstelling afragen: Mijn God kerel, wat is er met jou allemaal voor verschrikkelijks in je leven gebeurd, dat je tot zùlke dingen komt?
Etty Hillesum (Etty: de nagelaten geschriften van Etty Hillesum 1941-1943)
De meeste mensen zijn gemiddeld, sommige zelfs ronduit minderwaardig: maar ze zijn allemaal heel gevoelig voor de hogere concentratie energie of talent in de bovengemiddelde mens. Hebben zij geen beschikking over datgene wat licht geeft in jou, dan jij ook niet. Ze hebben geen talent voor bewondering, alleen voor slavernij en afgunst. Ze stelen het licht.
Tommy Wieringa (Joe Speedboot)
Ik riep: “Doornroosje! Je bent ternauwernood meer van belang! Ternauwernood… Nog net wel. Nog niet helemaal niet. “Ik houd ternauwernood oneindig veel pijnlijk nauwgezet en desalniettemin niet voor herhaling vatbaar nog net wel van jou”, zei ik. En niet lang daarna: “Ik houd ternauwernood oneindig veel op zijn minst overdadig en onomkeerbaar pijnlijk nauwgezet bijna achteloos en desalniettemin niet voor herhaling vatbaar nog net wel van jou.” “Van wie?” (riepen de denkbeeldige meeuwen) “Van wie? Van wie?” “Van Doornroosje”, zei ik, buiten adem.
Toon Tellegen
Wees niet verdrietig, liefste, maar huil voor mij, Ik zal je tranen in me laten oplossen, ze zullen me herinneren Aan die andere, de tranen die je, heet en blij Op me stortte, toen je stralend mij doorzinderde, Toen je heersend als een man mij nam En even later als een kind in mijn omhelzing Stierf, je kleine dood, lief lekker ding Van me, zoals je keer op keer in me kwam. Kijk hoe ik voor je dans, hoe ik met elke lendenslag Een letter vorm, kijk goed, en lees die letters van Me af, leer me uit je hoofd, zodat ik elke dag jou mag Bezoeken, juichend, neergehurkt voor je gezicht, Opgloeiend van verlangen, hartslag van je, man Van je, in je mond getatoeëerd gedicht.
Peter Verhelst (Nieuwe sterrenbeelden)
Ik naderde de rand. Bleef er een meter vandaan staan. Voor ik het aandurfde. Het was ver naar beneden. Ver genoeg. Mijn ogen zochten tussen grijs en groen. Stenen en struiken. Tot ik een witte stip vond. Dat was hij. Ians witte achterhoofd. Dat besloot ik. Ik hou van jou. Dat zei ik.
Jesper Wung-Sung (Les copies (Epik) (French Edition))
Ik zal hoop ik aan jou alles kunnen toevertrouwen, zoals ik het nog aan niemand gekund heb, en ik hoop dat je een grote steun voor me zult zijn. Ann Frank. 12 junio 1942
Anne Frank (The Diary of a Young Girl)
In mijn ervaring,' zei Asher bedachtzaam, 'betekent "dat ga ik echt niet voor jou doen, Asher" meestal "ik wacht op een beter aanbod".
Jennifer Lynn Barnes (The Fixer (The Fixer, #1))
Doe niet voor anderen wat je wilt dat zij voor jou zouden doen’, schreef hij. ‘Ze zouden weleens een andere smaak kunnen hebben.’8
Rutger Bregman (De meeste mensen deugen)
Als het niets meer kan schelen wat anderen denken, verliezen we ons vermogen tot verbinding. Maar als we onszelf laten bepalen door wat anderen denken, verliezen we de moed om ons kwetsbaar op te stellen. De oplossing is om heel duidelijk voor ogen te krijgen wiens mening voor jou echt telt. Het moeten de mensen zijn die niet van je houden óndanks je onvolmaaktheden en kwetsbaarheden, maar óm je onvolmaaktheden en kwetsbaarheden. Als je op je gezicht ligt in de arena, zijn dat de mensen die je overeind zullen helpen en zullen bevestigen dat de val echt klote was, en je er vervolgens aan herinneren dat je dapper bent geweest en dat zij er ook de volgende keer zullen zijn om het zand van je af te kloppen. Neem ook mensen op die dapper genoeg zijn om te zeggen: ‘Daar ben ik het niet mee eens,’ of: ‘Ik denk dat je ernaast zit,’ en die je vragen zullen stellen als ze je dingen zien doen die indruisen tegen je waarden en normen.
Brené Brown (Rising Strong: The Reckoning. The Rumble. The Revolution.)
Vannacht heb ik een zoen begraven. Hij lag dertien maanden tussen ons in en jij had al een paar keer gevraagd: wat ligt daar nou toch steeds. Toen je eindelijk sliep, drukte ik de zoen met mijn lippen in een doosje vol watten en liep naar de tuin. Daar groef ik een graf van twee monden diep onder de beuk. De duizend zoenen die volgend jaar rood en zoet uit de takken komen waaien, zijn allemaal voor jou.
Ingmar Heytze
Er staan boterhammen voor je in het buffet,' zei zijn moeder. 'Dank je wel,' zei hij. Ze schakelde de radio in. 'Geen landbouw, geen veeteelt, geen slechte muziek, geen geoudehoer,' zei Frits. geen walsen van Strauss, geen illustratieve muziek. Laat alleen het allerbeste doorkomen. Toon, desnoods een gebrekkige, maar vooruitstrevende smaak.' 'Ik krijg er hoofdpijn bij,' dacht hij. 'Je bent niet aleen in huis,' zei ze. 'Je moet ook eens aan iemand anders denken. Het wordt tijd, dat je eens met anderen rekening houdt.' De radio was warm geworden en begon geluid te geven. 'Ik ben zo alleen en denk steeds aan jou,' zong een tenor. Zijn vader draaide de knop naar links, maar juist nog niet uit. Men kon horen, dat er gezongen werd, maar verder niets onderscheiden. 'Zo wordt het toestel gesmoord,' dacht Frits, kwam naderbij en zocht de schaal af. Tenslotte draaide hij de knop af.
Gerard Reve (De avonden)
De rede is van ons bewustzijn maar de buitenkant. Daaronder zit het gevoel. Vanbinnen, waar niemand ons kan zien, durven wij er feilloos op te vertrouwen. Daar weten wij alles zonder woorden. Als wij nooit naar buiten hoefden te treden zouden we geen moment aan onze intuïtie twijfelen. Maar we gaan uit en willen de anderen ook ons innerlijk keurig presenteren. Dus kammen we onze gedachten uit en trekken ze recht. Herinner jij je dan niet dat je als kind instinctief aanvoelde hoe mensen in elkaar zaten, bij wie je het goede kon vinden en wie voor jou gevaarlijk was, wat je moest doen om gevoed te worden, te overleven en liefde te vinden? Ik geloof dat veel van de kennis waarnaar wij op zoek zijn, een antwoord op alle belangrijke vragen, al vanaf onze geboorte in ons aanwezig is en dat wij alleen maar zijn vergeten hoe we die moeten aanboren. Sterker, van het meeste zijn we vergeten dat het bestaat (…). Al die intuïtieve kennis, die op zijn sterkst is bij onze geboorte, wanneer wij haar het hardst nodig hebben omdat ons nog geen andere middelen ter beschikking staan om te overleven, en die minder wordt naarmate wij leren te denken in plaats van te voelen, dat instinctieve weten is niet vergaan. Het ligt alleen bedolven onder de lawine aan argumenten en redeneringen die wij tegenwoordig nodig hebben om onze wereld voor onszelf begrijpelijk te maken. Af en toe, een enkele keer in een droom, in een moment van verstrooiing vinden we er misschien ineens iets van terug. Inspiratie zal een kunstenaar het noemen, voor iemand die gelooft is het een openbaring. Maar voor ons, die rationeel proberen te denken? Misschien zouden wij het een inval noemen, een moment van verlichting waarin je ineens de oplossing ziet van een vraagstuk dat je nog niet eens had geformuleerd.
Arthur Japin (In Lucia's Eyes)
Alles bestaat maar en gaat maar door, op iedere zomer volgt een nieuwe zomer, op iedere nacht een dag en weer een nacht, bloemen zijn nauwelijks uitgebloeid en uit de zaden groeien alweer nieuwe, ieder mens krijgt een kind en dat krijgt weer een kind en dat op zijn beurt ook weer een kind, het maakt niet uit wat jou overkomt, want er is in jouw plaats altijd een ander, even goedgelovig en vermeend bijzonder en vervangbaar als jij, en die hele aardse tredmolen draait zo maar door, tot in de eeuwigheid der eeuwigheden. Het laat hem niet meer los, dat gevoel van verdovende herhaling tot in het oneindige. Hij valt in slaap, het is er ’s ochtends nog steeds en de dagen en de nachten daarna. Er is niets om voor wakker te worden, om voor op te staan. Het is alsof hij uitgeput tegen een muur wil leunen, en telkens als hij een stap in zijn richting doet, wijkt de muur terug. Eindelijk begrijpt hij waarom Eliza May bij haar volle verstand voor de naam Emery en de vloek koos. Het was geen keuze voor de dood, het was een keuze juist voor het leven, hartstochtelijk en kort. Alles verliest zijn waarde als het er altijd is, alsof je langzaamaan blind wordt.
Anjet Daanje (Het lied van ooievaar en dromedaris)
Maria kijkt me aan. "Ik weet niet wat deze persoon jou heeft aangedaan, en misschien wil ik het ook liever niet weten. Maar iemand vergeven doe je niet voor die ander. Je doet het voor jezelf, zodat je verder kunt met je leven. Het betekent: jij bent niet zo belangrijk voor mij dat je me in je greep kunt houden. Het betekent: jij zult mij niet verstrikken in het verleden. Ik verdien een toekomst.
Jodi Picoult (The Storyteller)
Als ik jou was, zou ik ze van alles op de mouw spelden. Ik zou zeggen dat je je zus gearmd hebt gezien met een man in een cape, of dat je een plukje haar op een van haar handschoenen hebt gevonden dat eruitzag alsof het van de vacht van een olifant afkomstig was... Mensen verwachten de waarheid hier niet... En die willen ze ook niet horen. Veel mensen hier rekenen er niet op dat ze de wens hier zullen winnen; ze zijn hier voor een avontuur. - Aiko
Stephanie Garber (Caraval (Caraval, #1))
Het tweede is dit: wanneer je kind sterft, voel je alles wat je zou verwachten, gevoelens die door zo veel anderen al zo goed beschreven zijn dat ik niet eens de moeite zal nemen ze hier op te sommen, behalve dat ik wil zeggen dat alles wat over rouw geschreven is één pot nat is, en het is één pot nat met reden: omdat niemand werkelijk van de tekst afwijkt. Soms voel je wat meer van het een en minder van het ander, en soms voel je het in een andere volgorde, en soms langer of korter. Maar de gevoelens zijn altijd hetzelfde. Maar nu komt er iets wat niemand zegt: als het jouw kind is, voelt een deel van jou, een piepklein maar niettemin onmiskenbaar deel van jou, ook opluchting. Want eindelijk is het moment gekomen dat je al verwachtte, waar je voor vreesde, waarop je je hebt voorbereid sinds de dag dat je een kind kreeg. Aha, zeg je bij jezelf, daar is het. Het is zover. En daarna heb je nooit meer iets te vrezen.
Hanya Yanagihara (A Little Life)
Voor verslavingen moet je geen excuses zoeken, maar motieven. Excuses zoek je om geen spijt en schuld te hoeven voelen, maar een speurtocht naar jouw eigen motieven leidt je juist naar het hart van je schuld en daar, op die rare plek waar het duister is van onbegrip, pijn en ontkenning, daar ligt het enige terrein waar je de mogelijkheid geboden wordt om je schuld te veranderen in kennis. Met kennis valt te leven, met schuld niet. De meeste mensen geloven dat dat halfzachte spreekwoord, wat niet weet, wat niet deert, dat dat ook voor jezelf opgaat, maar zo werkt het niet. Wat je over iemand anders niet weet, dat weet je niet en zolang je het niet weet kan het je ook geen pijn doen, dat is zo klaar als een klontje, maar je weet in zekere zin alles van jezelf. Dat is ook logisch, want jij bent de enige die zijn eigen leven helemaal in zijn eentje meemaakt en daar weet van zou kunnen hebben. Bij jou ligt iedere minuut van een leven opgeslagen, hoe dan ook. Bij wie anders? Dat maakt mensen op zijn minst nog interessant, dat ze een vat van wetenschap vormen van tenminste een leven, hun eigen. Waar het nu eigenlijk allemaal om draait is de manier waarop je weet hebt van jezelf, dat is het belangrijkste. Sommige mensen weten niks van zichzelf. Ze hebben de enige echte wetenschap en geschiedenis niet tot hun beschikking en kunnen ze niet lezen, omdat ze die op de foute plek bewaren. Schuld is zo’n wetenschap over jezelf die op de verkeerde plaats in je archief is opgeslagen. Ze is dan geen kennis van de schuld, maar ze heeft de vorm aangenomen van iets anders dan woorden, waardoor je er niks mee kunt en er alleen maar dik van wordt, of chagrijnig of lusteloos. Kennis hoort thuis in de geest, waar anders? Ik zou niet weten waar de woorden anders konden verblijven dan in de geest. Ze lijken op geest en op ziel en op dat andere ontastbare, waarvan je weet dat je het hebt, maar dat je niet kunt zien en waarover je bijna niet kunt praten. Zo zie ik het. En daarom krijgt ook alle kennis die je eigenlijk over jezelf zou moeten hebben en die niet in die onzichtbare vorm van woorden in jouw ziel mag wonen, een andere gedaante, een zichtbare en een lastige, bijvoorbeeld een kilo overtollig vlees aan je lichaam of iets anders waaronder je lijdt en wat je met je meesleept en waarvan je niet weet waarom je het hebt, maar wat iedereen aan jou kan zien, omdat het ervoor zorgt dat je altijd dezelfde domme fouten maakt.
Connie Palmen (De vriendschap)
Hij kwam niet verder, want Stalin explodeerde opnieuw. 'We hebben die verdomde atoombom van jou niet nodig om te vechten en te winnen! Wat we nodig hebben zijn socialistische zielen en harten! Wie voelt dat hij nooit overwonnen kan worden, kan ook nooit overwonnen worden!' 'Voor zover iemand geen atoombom op hem laat vallen', zei Allan. 'Ik zal het kapitalisme vernietigen! Hoor je dat? Ik zal iedere afzonderlijke kapitalist vernietigen! En ik begin met jou, hond, als je ons niet helpt met die bom!' Allan wilde echter niet langer aan tafel zitten en beledigingen aanhoren. Hij was naar Moskou gekomen om te helpen, niet om uitgescholden te worden. Stalin mocht het zelf uitzoeken. 'Ik heb iets bedacht', zei Allan. 'En dat is?' vroeg Stalin boos. 'Zou je die snor van je niet eens afscheren?' Daarmee was het diner voorbij, want de tolk viel flauw.
Jonas Jonasson (The Hundred-Year-Old Man Who Climbed Out of the Window and Disappeared (The Hundred-Year-Old Man, #1))
Was ik jullie vergeten? vroeg hij. Nee, nooit! Niet jou, Hans, noch jou, blonde Inge! Jullie waren het immers voor wie ik werkte, en als ik applaus hoorde keek ik heimelijk rond of jullie eraan meededen... Heb je nu Don Carlos gelezen, Hans Hansen, wat je me bij jullie tuinhek beloofde? Doe het niet! Ik verlang het niet meer van je. Wat gaat jou die koning nu aan die huilt omdat hij eenzaam is? Je moet je heldere ogen niet dof en bijziend maken van het turen op gedichten en melancholie... Te zijn als jij! Nog één keer opnieuw beginnen, opgroeien zoals jij, rechtschapen, vrolijk en eenvoudig, rechtlijnig, ordelijk en in harmonie met God en de wereld, geliefd zijn bij de onschuldigen en gelukkigen, (...) - verlost van de vloek van het weten en de kwelling van de scheppingsdrang leven, liefhebben en lofprijzen in zalige alledaagsheid!... Opnieuw beginnen? Dat zou niet helpen. Het zou net zo gaan - alles zou net zo gaan als het nu gegaan is. Want sommigen moeten wel dwaalwegen inslaan, omdat er voor hen helemaal geen rechte weg bestaat.
Thomas Mann (Tonio Kröger)
Ik zal je helpen God, dat je het niet in mij begeeft, maar ik kan van te voren nergens voor in staan. Maar dit éne wordt me steeds duidelijker: dat jij ons niet kunt helpen, maar dat wij jou moeten helpen en door dat laatste helpen wij onszelf. En dit is het enige, wat we in deze tijd kunnen redden en ook het enige, waar het op aankomt: een stukje van jou in onszelf, God. En misschien kun nen we ook er aan meewerken jou op te graven in de geteisterde harten van anderen. Ja, mijn God, aan de omstandigheden schijn jij niet al te veel te kunnen doen, ze horen nu eenmaal ook bij dit leven. Ik roep je er ook niet voor ter verantwoording. I shall try to help You, God, to stop my strength ebbing away, though I cannot vouch for it in advance. But one thing is becoming increasingly clear to me: that You cannot help us, that we must help You to help ourselves. And that is all we can manage these days and also all that really matters: that we safeguard that little piece of You, God, in ourselves. And perhaps in others as well. Alas, there doesn’t seem to be much You Yourself can do about our circumstances, about our lives. Neither do I hold You responsible.
Etty Hillesum (Het werk)
Het is prettig om in een stad te lopen die de jouwe niet is. Bij voorkeur met muziek in je oren. Je loopt als het ware rond in je eigen videoclip. Je ziet mensen lopen en lachen, schelden en roepen. Je bent toeschouwer en deelnemer in één. Je maakt er deel van uit en je kijkt ernaar. Je zweeft erdoorheen als een camera op ooghoogte. Je scant. Je ziet niets wat je verrast, maar alles verbaast je. Je bent los van alles wat je kent en iedereen die jou kent. Je zou iemand kunnen spreken, en wat vertellen. Maakt niet uit wat. Alles zou waar zijn en nieuw en vol mogelijkheden. Alles kan opnieuw beginnen in een stad die je niet kent. Dat is het gevoel waarop ik verliefd ben. Dat gevoel vond ik in deze stad.
Ivo Victoria (Hoe ik nimmer de Ronde van Frankrijk voor min-twaalfjarigen won (en dat het mij spijt))
Waarom had ze niet z'n hand gepakt en gezegd: "Ik houd van jou". Waarom wilde ze niet, wat ze zoo erg wilde? Wat kon haar gebeuren, erger dan deze dood levend om te dragen? Waarom was ze? Waarom moest ze ongezoend dood gaan? Niet zoo maar 's gezoend, maar heel erg. Ze gloeide overal, haar hart werd groot. Ze maakte haar goed open voor den spiegel en bekeek haar borsten, zoo wit in haar zwarte japon en hield ze op haar beide handen. Rein en onaangeraakt was zij. Ook een lolletje.
Nescio (Dichtertje)
Interesseert jou het ook allemaal, hè.
Petra Hermans (Voor een betere wereld)
Het voertuig reed zonder koplamp door de nachten.
Petra Hermans (Voor een betere wereld)
Een misplaatst gevoel voor goede smaak weerhield hem ervan te zeggen dat hij haar had gemist en haar zou blijven missen. Maar er waren momenten dat de goede smaak maar even de andere kant op moest kijken. ‘Ik jou ook,’ antwoordde Lizzie.
Joost Zwagerman (Vals licht)
Dat degene komt die je verwacht hebt al die tijd en dat je je dan afwendt en je oren dichtdoet, gewoon omdat het niet bevalt, omdat het heel anders is dan je had gedacht. Dat ze helemaal tevergeefs voor jou stad en land heeft afgereisd met een hoofd vol littekens. Zou je God herkennen als hij langskwam? Of zou je je ook van hem afwenden omdat het niet om aan te zien is: een oude van dagen, afgesneden van het land der levenden, iemand met een last die te zwaar is. Te bedenken dat alles wat van mij is overgebleven voor die deur is afgezet.
Machteld Siegmann (De kaalvreter)
So I say to you: Beste children, if varken het kan, why not you? I say: Blijf in jezelf believen. I say: The world will giggle misschien, but I say: Just follow the varkentje, let the world your kontje maar zien.
Edward van de Vendel (Ik juich voor jou)
Moet ik iets geworden zijn? Kan ik niet gewoon niets blijven? Tegen identiteit zijn? (...) Maar ik ben niks. Ik ben leeg en vormloos, een parasiet die zich vastbijt in de wensen van anderen, de vorm aanneemt die een ander voor me gedroomd heeft. Ik was bereid alles van Albert te incasseren, zolang hij maar bij me zou blijven, zolang ik mijn voeding maar niet kwijt zou raken en weer gereduceerd zou worden tot niets. Nou, het is zover hoor. Nu zit ik hier met jou. Heb je er eigenlijk over nagedacht waarom dat is? Dat lijkt me duidelijk. Dit is de hel. Waar niemand wil zijn, maar de meeste mensen toch belanden. Met de deuren naar verleden en toekomst stevig op slot.
Hannah van Binsbergen (Harpie)
Houd één ding vooral goed voor ogen: bid iedere dag wanneer je maar kunt: 'Heer, ontferm u over allen die vandaag voor u verschijnen.' Want ieder moment van de dag sterven er duizenden mensen en hun zielen verschijnen voor de Heer. En hoevelen zijn er niet die vereenzaamd en zonder dat iemand er weet van heeft de aarde verdwijnen, bedroed en beangst omdat niemand hen beweent of zelfs maar van hun bestaan geweten heeft. En zie, dan stijgt misschien van de andere kant van de aarde jouw gebed tot de Heer omhoog voor de zielerust van zo'n gestorvene, hoewel jij hem helemaal niet gekend hebt, zomin als hij jou. Hoe innig moet het hem te moede zijn als hij bevreesd voor Gods troon staat en merkt dat er op dat ogeblik ook iemand voor hem bidt, dat er een mensenkind op aarde achtergebleven is dat ook hem liefheeft. Dan zal God vol ontferming op u beiden neerzien, want als jij al medelijden met hem ehbt, hoeveel te groter zal dan Zijn medelijden zijn, Hij die zoveel barmhartiger en liefdelijker is dan jij.
Fjodor Dostojevski (The Brothers Karamazov)
Inmiddels is Luk bezig aan Ilse een verhaal te vertellen, over een kapper. Dat die dood is. 'En nog zo jong,' hoor ik Luk zeggen. 'Hoe oud was hij?' vraagt Ilse. 'Dat weet ik niet. Veertig. Tweeënveertig.' 'Zo jong nog?' 'Ja. Ik weet het niet. Drieënveertig misschien. Ik weet het echt niet precies hoe oud.' (...) 'Hij zei altijd zelf dat hij nooit oud zou worden,' zegt Luk. 'Het was alsof hij een voorgevoel had. Al jaren had hij dat.' Ik neem aan dat hij het nog altijd over de kapper heeft. 'Ja,' zegt Ilse, 'hij had iets... tragisch.' 'Dat klopt. Het is... Hij had... Hij zei vorige week nog tegen mij...' Luk begint te snikken. 'Wát zei hij tegen jou?' vraag ik. Ilse kijkt me strak aan: 'Laat hem even.' Ze legt haar arm om de schouder van Luk, die maar niet wil ophouden met snikken. (...) Ik kijk door het raam dat in de vierde muur zit en waardoor je de straat kan zien. Een politiewagen rijdt kalm voorbij, zonder sirene of niks. De traagste achtervolging ter wereld, denk ik in mezelf. Luk is opgehouden met snikken en gaat door over de dode kapper. 'Het is zo erg,' zegt hij, 'te sterven op zijn leeftijd.' 'Vooral voor hem,' mompel ik. 'Wat?' zegt Ilse, die haar arm van Luks schouder heeft weggenomen. 'Wat?' zeg ik. 'Ik vroeg wat je zei.' 'Wanneer?' 'Daarnet. Je zei iets.' 'Waar heb je het over? Ik zei helemaal niks. Ik heb praktisch nog geen woord gezegd sinds ik hier binnen ben.' 'Ach,' zegt Luk, 'niemand blijft eeuwig leven, waar of niet...?' 'Waar,' zeg ik.
Herman Brusselmans (Vrouwen met een IQ (Dutch Edition))
Nachtrust Avond. Twee tuinen verder woedt het voorjaar en sluipen kapers door het donker. Ergens vechten nagels om een vacht. Gekrijs om kruimels liefde. Stukgebeten oren. De krolse oorlog van een voorjaarsnacht. Bijna vergeten hoe ik met dezelfde woede door het donker joeg, hoe jij nog valser dan een kat je nagels in drie harten sloeg. Wat is het lang geleden en wat blijf je mooi. Ik heb de dagen één voor één geteld en met de beste woorden die ik heb: ik hou van je. In jou vind ik een bed. En het is lente en we delen hier dezelfde nacht met alles wat dat zegt.
Menno Wigman (Zwart als kaviaar: gedichten)
Ik kijk naar je, denkt Babs, je loopt door de massa, ik houd je in de gaten, ongemerkt. Ik heb je al gezien lang voor je mij ziet. Het is een eenvoudig weten: bij jou hoor ik, ik zal van jou zijn, jij hoort hier nu te zijn, bij mij. Ik zal je weten te vinden. Ik volg je nu Je draait het blad om Ik wil alles zien wat je doet, hoe je uit bed rolt, hoe je je mond opent naar de waterstraal van de douche, hoe je je rug onzorgvuldig afdroogt, hoe je niet genoeg slaapt, hoe je veel weet en veel niet weet, hoe je lacht naar de bolle ogen van de baby die je hypnotiseert vanuit zijn kinderwagen, hoe je geen krant koopt, hoe je je plots afvraagt waarom hoefijzers gelukt brengen, hoe je rondloopt tot op het moment dat ik je tegenkom. Ik zoek het eerste woord dat jij uitspreken zal. Nu zit jij nog verscholen als een egel tussen de bladeren, maar er is geen ontkomen aan; de adem hangt al klaar in een wolk boven onze hoofden, de woorden houden zich schrap om opgebruikt te worden. Onze eerste herinnering is al in de maak. Ik zal je vinden.
Saskia de Coster (Eeuwige roem)
Impact is niet voor jou geschreven, burgemeester Udenhout.
Petra Hermans (Voor een betere wereld)
Voorwerpen hebben geen enkel geheim voor jou. Met andere woorden, jij bent in staat om al het geheime gedoe aan het hof te ontluiken, en geloof me,' fluisterde ze heel zachtjes, 'dat is te veel om op te noemen.
Christelle Dabos (Les Disparus du Clairdelune (La Passe-Miroir, #2))
Ik vertrouw er eveneens op dat je begrijpt dat ik voor jou door het stof ga. Waarom? Omdat je dat verdiend hebt. Eigenlijk zou iedereen voor jou door het stof moeten gaan.
Denise Marinus (Zoals u wenst)
Hij lag te draaien naast de slapende Tereza en dacht terug aan wat ze ooit lang geleden tegen hem zei tussen onbeduidend gebabbel door. Ze praatten over zijn vriend Z. en ze bekende: 'Als ik jou niet had ontmoet, was ik vast en zeker op hem verliefd geworden.' Toen al brachten die woorden Tomas in een vreemde melancholie. Opeens besefte hij namelijk dat Terezea alleen maar door een toeval van hém hield en niet van zijn vriend Z. Dat er binnen het rijk der mogelijkheden naast haar verwerkelijkte liefde met Tomas een eindeloze hoeveelheid niet verwerkelijkte liefdes voor andere mannen bestaat. We vinden het allemaal ondenkbaar dat je grote liefde iets lichts zou kunnen zijn - iets dat niets weegt; we veronderstellen dat onze liefde iets is dat moest zijn; dat zonder haar ons leven niet ons leven zou zijn.
Milan Kundera (The Unbearable Lightness of Being)
De mensen hadden toch gelijk. Ik wilde niet alleen goed, maar beter zijn dan anderen. Ik aasde, anders dan Werner, op bewondering. Uitzonderlijkheid als overlevingsstrategie. Want alleen op veilige hoogte zou ik immuun zijn voor uitstoting. Je bent niet zoals wij, je gedraagt je zo raar. Wil je niet op ons lijken, hou je niet van ons? Dan houden we ook niet van jou. Het tegengif was bewondering.
Mariken Heitman (Wormmaan)
Ik zal hoop ik aan jou alles kunnen toevertrouwen, zoals ik het nog aan niemand gekund heb, en ik hoop dat je een grote steun voor me zult zijn. Ann Frank. 12 junio 1942
Anne Frankk (The Diary of a Young Girl)
Ik was hier al de hele tijd', zei hij, 'maar jij hebt me juist zichtbaar gemaakt.' 'Aslan', zei Lucy, bijna met een beetje verwijt in haar stem. 'Hou me nou niet voor de gek. Alsof ik iets zou kunnen doen om jou zichtbaar te maken!' 'Toch heb je dat gedaan,' zei Aslan. 'Denk je dat ik mijn eigen regels niet zou gehoorzamen?
C.S. Lewis (The Voyage of the Dawn Treader (Chronicles of Narnia, #3))
Wat goed voor jou is, is niet per se goed voor een ander.
Marloes De Vries (Kinderen krijgen is optioneel)
Rotte loep innie donker en hulle spits hulle ore. Wat dink djy leer hulle jou voor djy da’ inloep? Om te disappear wanne’ djy moet en om te luiste’.
Joha van Dyk (Kanniedood (Branderjaer #3))
Nee schat, er is maar één iemand, die jou gelukkig kan maken en dat ben je zelf. Jij bent verantwoordelijk voor jouw leven. Jij alleen en niemand anders. Als jij jezelf niet gelukkig kunt maken, kan niemand het. Misschien wel voor even, maar niet voor altijd.
Francine Oomen (Hoe overleef ik (zonder) liefde? (Hoe overleef ik, #10))
Voorwaarts! Niet het geroffel der trommels doet deze troepen stormen maar hun rotsvast geloof. Eén keer iets betekenen En dan sterven. Voorwaarts Voor jou heeft het land een vuur voorzien. Vernieling liever dan slavernij Uitroeiing liever dan onderdrukking. In het uur van de dood kiemt reeds iets nieuws Wie wil leven moet het proeven. Voorwaarts. Val aan. Leg aan. Sla toe.
David Van Reybrouck (Revolusi. Indonesië en het ontstaan van de moderne wereld)
Voor ik dook In de branding van je hart Voor ik verdronk In de golven van je haar Voor ik de bodem raakte De deining van je dijen Voor ik aanspoelde Mee met je getijden Als een soort morse varen we uit Geen barst geen lek in onze schuit Laten we kapzeisen Voor ik je schip kaapte Me aan de sprong waagde Voor onze zeilen je adem aanvaardden Voor we de horizon zagen We varen tot de evenaar En zal ik jou ooit evenaren? Voor ik je uitwaaide Voor de storm Doofde je de laatste kaars Voor ik verdronk Verspeelde ik mijn laatste kans Als een soort morse over zee Maken we spelfouten alle twee Of is liefde geen spel?
Willem Ardui
Liberty da Vine. Aangenaam kennis te maken. Ik ben vernoemd naar het standbeeld van New York, maar ik licht niemand bij met een fakkel!... Wat stinkt hier zo godsgruwelijk?' 'Dat zullen mijn sokken wel zijn. Ze brengen geluk.' 'Voor jou misschien... Voor de rest van de mensheid zijn ze een vloek.
Joshua Mowll (Operation Red Jericho (The Guild of Specialists, #1))
Artemis zorgde er met wat kussens voor dat Holly gemakkelijk lag. 'Weet toch, lieve vriendin, dat ik zonder jou niet degene zou zijn die ik nu ben.' Hij boog zich dicht naar haar toe en fluisterde: 'Ik was er slecht aan toe, en jij hebt me gered. Dank je wel.
Eoin Colfer (The Last Guardian (Artemis Fowl, #8))
Geloof je dat alles met een reden gebeurt?" -- "Ik geloof hoe langer hoe meer dat alles en iedereen één groot ongeluk is." -- "Een ongeluk. Is er dan niets wat jou drijft?" -- "Hoe bedoel je?" -- "Waar leef je nog voor, met alle respect, op jouw leeftijd?" -- "Absoluut niets.
Yves Saerens (De dwarsligger)
Je bent inderdaad lelijk,’ je bent kaal van de chemo en je wangen staan bol van de prednison'. Ik vind deze citaat uit het boek heel kwetsend overkomen. Zeker naar de mensen toe die te maken hebben met kanker of een persoon hebben verloren aan kanker. Het wilt niet zeggen omdat je kanker hebt dat je lelijker bent in tegendeel het maakt je als persoon juist zo veel mooier en sterker. Maar ik vind het goed van de auteur dat ze deze citaat heeft verwerkt in haar boek. Het doet mensen dieper nadenken over deze zin en namelijk hoe kwetsend dit soms kan overkomen. Want kanker is nu eenmaal een ziekte waar je respect en liefde moet voor tonen voor de mensen die hier aan lijden. " ik zie je tussen de wolken" Ik vind dit een heel mooie en doordachte citaat. Het verwijst ook meteen naar de titel van het boek. Als je verder in het boek leest zie je een evolutie dat Casper er dagelijks slechter aan toe gaat door zijn leukemie. Aan het einde van het boek sterft Casper aan leukemie. Ik vind daarom '" ik zie je tussen de wolken" een heel mooi citaat. Het verwijst ernaar als je een persoon verliest zoals Casper die heel veel voor je betekend nog altijd dicht bij jou is. Doordat je naar de wolken kijkt zie je die persoon die je mist en waarvan je houdt.
Silke Van Bellingen
Dan wil ik de verzameling.' Vicente doelde op de uitgebreide serie speelgoedautootjes die zijn vader achter slot en grendel in de vitrinekast in de woonkamer had staan. Het waren bijna vierhonderd verschillende modellen, die León sinds zijn kindertijd gespaard had. Vicente mocht er niet mee spelen, wat bij de jongen aanvankelijk voor onbegrip en teleurstelling had gezorgd, maar in de loop der tijd was hij eraan gewend geraakt om door het glas naar de autootjes te kijken, alsof het aquariumvissen waren. Verder waren de autootjes voor León hét gespreksonderwerp als zijn zoon bij hem was. 'Heb je enig idee wat dat piepkleine groene raceautootje kost?', zei hij bijvoorbeeld terwijl hij naar een Jaguar van Matchbox wees, made in England in 1957. 'Nee. Hoeveel dan?' 'Een hele hoop, zei León. 'En met de dag meer. Als ik doodga, is deze verzameling van jou, hij had dit al talloze malen gezegd, en dan kun jij verder sparen, of misschien, als het je niet interesseert, de verzameling verkopen, je krijgt er een smak geld voor.' Hoewel Vicente een rijke fantasie had, had hij nooit gedacht dat die verzameling zoveel waard zou zijn. Onder de huidige conjunctuur berekende hij echter dat hij, zelfs als hij ze per stuk en heel goedkoop verkocht, genoeg geld bijeen zou kunnen krijgen om de operatie te betalen. Hij had nooit gedacht dat León pertinent zou weigeren. Het was voor het eerst dat hij het gevoel of de zekerheid had dat zijn vader een sukkel was.
Alejandro Zambra (Poeta chileno)
De rechters In het hoge Peru, in Nicaragua, doorheen Patagonië, in de steden, kreeg je geen rechten, bezit je niets: beker van de miserie, in de steek gelaten zoon van de Amerika’s, geen wet, geen rechter beschermt voor jou je grond, je hut met maïsvelden. Toen de kaste van jouw mensen kwam, die van jouw heren, en de aloude droom van klauwen en messen al was vergeten, kwam de wet je hemel ontvolken, jou je aanbeden terreinen ontrukken, jou het water van je stromen betwisten, jou het rijk van je bomen ontroven. Ze namen je tot getuige, zetten stempels op je hemd, vulden je hart met plooien en papieren, ze begroeven je in kille arresten en toen je wakker werd aan de grens van de rampzaligste catastrofe, beroofd, eenzaam, zwervend, kerkerden ze je, sloten je in het blok, bonden je handen opdat je niet zou kunnen wegzwemmen uit het water van de armen, maar spartelend zou verdrinken. De welwillende rechter leest je artikel Vierduizend, kapittel Drie voor, hetzelfde dat men vandaag gebruikt in heel de blauwe geografie bevrijd door mensen als jij die vielen en hij maakte je tot wettelijk aanhangsel en zonder beroep, tot schurftige hond. Je bloed vraagt, hoe raakten de rijke en de wet verstrengeld? Met welk weefsel van zwavelig ijzer? En hoe vielen de armen voor het gerecht? Hoe kon de aarde zoveel onheil aanvaarden voor haar arme kinderen, die wreed waren gevoed met steen en verdriet? Toch is het gebeurd zoals ik het neerschreef. De levens hebben het op mijn voorhoofd geschreven. (Willy Spillebeen)
Pablo Neruda (Canto General)
Ze hield op met grapjes maken en keek me heel serieus en enigszins geringschattend aan. 'Wat ben je toch een naïeve dromer,' zei ze, lettergreep voor lettergreep, me uitdagend met haar ogen. 'Je kent me niet. Ik zou alleen voor altijd bij een man blijven als hij heel, heel rijk en machtig was. Dat zul jij nooit worden, helaas.' 'En als geluk nu eens niets met geld te maken heeft, stout meisje?' 'Geluk, ik weet niet wat dat is en het kan me ook niet schelen, Ricardito. Wat ik wel zeker weet, is dat het niet dat romantische en banale is wat het voor jou is. Geld geeft zekerheid, beschermt je, stelt je in staat volledig van het leven te genieten zonder dat je je zorgen hoeft te maken over morgen. Het is het enige geluk dat je kunt aanraken.
Mario Vargas Llosa (Travesuras de la niña mala)
Ik ben benieuwd of je nog verliefder op me wordt of me in de steek laat voor een van die ondeugende Peruaanse meisjes, brave jongen.' 'Wat ondeugende Peruaanse meisjes betreft heb ik aan jou mijn handen al meer dan vol.
Mario Vargas Llosa (Travesuras de la niña mala)
Ik wil papa zien,' ze ik. 'Maar dat kan niet. Op geen enkele manier. Hij is voor altijd weg. Net als opa. En mama is misschien ziek, en kan nu dus niet komen, maar als ik hier weg ben kan ik haar opzoeken en nog zo vaak als ik wil ook. ' De Witt legde zijn hand op de mijne en zei dat hij me begreep; dat hij snapte dat ik mijn vader wilde zien en dat ik boos was en verdrietig omdat dat niet kon. 'Maar dat jij je vader niet kan zien,' zei hij, 'betekent niet dat hij jou niet kan zien. Want als je goed kijkt, dan zie je dat je vader naar je kijkt. En als je ziet dat hij kijkt, dan bestaat hij nog. Als jij hem ziet, als jij ziet dat hij kijkt, dan bestaat hij.
Philip Huff (Dagen van gras)
De Dennen Dennebossen, scheef als dronkaards groeien van waaien; lucht; oudheid. In de grond geplante zwepen, bukkend onder de tekens des hemels. Staande of ze nog wachters waren voor de vervlogen deuren van goden. Hun denappels de handschriften van bronzen spraak; gekraakte. Door lachgas verschrompelde strottenhoofden van reuzen. Loop je s'nachts in het dennenbos, krrr diep onder de dennen is angst de jager; dennendonker is spottend duister, hun appels geen sterren, geen lampen. Luister wat ze zeggen, de 2 bijlen "tIs zo recht bij de dennen, zo ijlend, waarheid die van onderen afsterft, leugens uithangt, dóór groeit naar 't Licht.' O wandelaar de tak boven je stookt je oven, soms leunt aan je gezicht al je kist. Dennenbossen, er waait geen pluis. Dennen zijn de kelders van de luchten. Je hoort ze kreunen en zuchten 'Wij brengen jou thuis, brengen je thuis.
H.H. ter Balkt (Vuur)
Grote Beuk Hij is het zwijgen rechtop de hemel in; de wind, de hitte en regen hieuwen zijn stam en takken, zijn wortels als houten fonteinen wellend uit de bronnen. Alle seizoenen krijgen kwartier, hij is het opgetaste korte en lange jaar, in de zomer fluistert nog de witte sneeuwjacht in zijn blad en bronzen herfst omarmt stormend zijn schors in de meimaand. Toen de bleke, felle bliksems kwamen die hun harpoenen plantten in jouw hart en vier takken woedend versplinterden, sapstromen dempten die opstijgen wilden na de winter, wachtte, grote beuk, achter je de kuil (doodkalm kraken slaapt in het veld) slechts voor jou daar gegraven.
H.H. ter Balkt (Laaglandse Hymnen I-III)
Dis ’n vroom herfsoggend. Dweperig. Soos Maart is. Sy hou haar voor as somer, maar daar’s ’n winter in haar mou. Sy vang ons nie onkant nie. Ons ken haar so. Sy maak groot bohaai, gooi donder, slaat bliksem, blaas wind en stoot oplaas enkele vermoeiende druppels oor ’n dor Pretoria uit. Daarna speel sy weer somer tot die son sak. Jy weet nie hoe jy dit met haar het nie. Jy hoop vir meer, sprei jou palms oop onder die son, dan kom spoel sy haar voshaarkwas af in jou tuin en beweeg aan. Net so.
Steve Hofmeyr (Laaste Dans, Drienie)
Voor jou ben ik veel méér dan alleen koningin Zafyra. Ik ben je moeder.
Eva Raaff (Het groene vuur (Taragon Trilogie, #1))
Jouw lotsbestemming is niet van jou alleen, Dubhe en dat weet je inmiddels. Ik ken je niet zo goed, maar er is niet veel scherpzinnigheid voor nodig om te zien dat je veranderd bent. - Folwar
Licia Troisi (Le due guerriere (Le Guerre del Mondo Emerso, #2))
Ik schrijf deze brief aan de keukentafel. Ik ben alleen op een manier die meer is dan het simpele gegeven dat ik de enige levende ziel ben binnen deze muren. Tot nu toe dacht ik dat ik wist wat wel en wat niet mogelijk was. Misschien is dat de ware betekenis van onschuld, dat je je geen enkele voorstelling kunt maken van pijn en verdriet in de toekomst. Als er iets gebeurt wat al het denkbare overstijgt, verander je daardoor. Het lijkt op het verschil tussen een rauw ei en een gebakken ei. Het is hetzelfde, maar toch totaal anders. Beter dan zo kan ik het niet uitleggen. Ik kijk in de spiegel en ik weet dat ik het ben, maar ik herken mezelf niet. Soms is het al te vermoeiend voor me om simpelweg het huis binnen te gaan. Ik probeer mezelf tot rede te brengen, eraan te denken dat ik hier eerder alleen heb gewoond. Toen ging ik niet dood aan alleen slapen en dat zal ook nu niet gebeuren. Maar dit is wat verlies mij heeft geleerd over de liefde. Ons huis is niet zomaar leeg, ons huis is leeggehaald. Liefde neemt ruimte in in je leven, maakt plaats voor zichzelf in je bed. Onzichtbaar nestelt het gevoel zich in je lichaam, stroomt het door al je bloedvaten en klopt het in je hart. Als het verdwenen is, klopt er niets meer. Voordat ik jou leerde kennen, was ik niet eenzaam, maar nu ben ik zo eenzaam dat ik tegen de muren praat en tegen het plafond zing.
Tayari Jones (An American Marriage)
Oh Cora, wat kan het jou toch allemaal één mottenbal schelen!
Petra Hermans (Voor een betere wereld)
Een kanttekening van het strand. Hallo. Ik ben het strand. Ontstaan door golven en stromingen. Ik ben gemaakt van geërodeerd gesteente. Ik lig vlak aan zee. Ik ben er al miljoenen jaren. Ik was er al toen het leven zelf ontstond. En ik moet je iets vertellen. Je lichaam kan me niets schelen. Ik ben een strand. Het kan me echt geen reet schelen. Je vetpercentage boeit me absoluut niet. Dat je buispieren zichtbaar zijn, maakt geen indruk op me. Het laat me koud. Je bent een van de tweehonderdduizend generaties mensen. Ik heb ze allemaal langs zien komen. De generaties na jou zal ik ook zien. Dat zullen er minder zijn. Sorry. Ik hoor wat de zee me influistert. (De zee haat jullie. De vergiftigers. Zo noemt hij jullie. Ik weet het, een beetje melodramatisch. Maar dat is wat jullie voor de zee zijn. Drama.) En ik moet je nog iets zeggen. Ook de andere mensen op het strand zijn niet geboeid door jouw lijf. Echt niet. Ze kijken naar de zee, of zijn druk bezig met hun eigen uiterlijk. En als ze wel iets van je vinden, wat kan jou dat schelen? Waarom maak je je zorgen over de meningen van een vreemde? Doe wat ik doe. Laat het van je afglijden. Je mag jezelf zijn. Gewoon zijn. Gewoon stranden.
Matt Haig (Notes on a Nervous Planet)
Mijn zus houdt mijn blik vast, kalm en krachtig. 'Pas op jezelf, Jules. In de naam van de Tovena...' Ze stopt, onderbreekt zichzelf met een lachje, en trekt me dan in haar armen voor een knuffel. 'De Tovenares heb ik denk ik niet meer nodig, Jules. Ik heb jou.
Sara Holland (Evermore (Everless, #2))
Accountantkaart koppelt jou aan lokale accountants, en accountants aan lokale aanvragers. Wij zien welke accountants beschikbaar zijn en goed zijn in het uitvoeren van jouw opdracht. Wij maken een koppeling tussen jou en 3 accountantskantoren waardoor er een win-win situatie ontstaat. Deze onderlinge concurrentie van accountants uit jouw regio die jouw opdracht graag willen hebben, zorgt er namelijk voor dat de prijs een stuk beter wordt voor jou.
Accountantkaart
Alle diepe gevoelens van afhankelijkheid die we als volwassenen soms kunnen voelen, bijvoorbeeld in een verstoorde liefdesrelatie, vinden hun oorsprong in deze begintijd van de opvoeding. Bij een volwassene zijn ze in feite illusoir, ze komen niet met de werkelijkheid overeen. Volwassenen kunnen immers best voor zichzelf zorgen, hoe sterk het ik-kan-niet-leven-zonder-jou-gevoel ook is
Jan Geurtz (Verslaafd aan liefde)
Wanneer jou probleem voor jou geen probleem was, was het niet zo'n groot probleem geweest. -Ann.
Ann
Wanneer jou probleem voor jou geen probleem was, was het niet zo'n groot probleem geweest.
Ann.
Wanneer jou probleem voor jou geen probleem zou zijn, was het niet zo'n groot probleem geweest.
Ann.
En natuurlijk is dat makkelijker gezegd dan geloofd. Je bent depressief en voelt je een last voor de mensen om je heen. Dat lijkt logisch en zwart-wit. Maar dat betekent niet dat alles zwart is.' Ze strijkt met haar hand over het tafelblad. 'Net als bij een schaakbord; de andere helft van het bord is wit. Want je kunt het ook omdraaien: blijkbaar willen mensen ondanks jouw "lastigheid" ontzettend veel moeite voor je doen. Dat zegt iets over jou, over wie je bent en vooral ook over hoeveel jij op jouw beurt aan hen teruggeeft.' Ze staat op en zet haar kopje op het aanrecht. 'Jij staat nu jammer genoeg op zwart, en dat is ontzettend vervelend, maar probeer toch om je heen te kijken. Te kijken of er ook andere kanten zitten aan de dingen die je nu door de depressie gelooft. Want hoe gek het ook klinkt, als je op zwart staat, dan zijn alle vlakjes om je heen wit.
Myrthe van der Meer (Up (Paaz, #2))
Ah, Cortès! Jij breek mijn hart! Jij ies mijn vriend, oké, iek wil jou blij maken! Maar iek ben bijna dood! Kijk hoe stroomt mijn bloed, hoe rolt mijn traan!... Enzo! Reken uit, alsjeblieft: 15625 gedeeld door 125 min 5 als commissie ploes 3 als korting voor Cortès… Enzo toch! Jij ies absoluut die grootste domoor van die stad! Jij bent niet een neef meer, jij bent een ramp van ons familie! - Bartolomeo
Guillaume Prévost (The Book of Time (Book of Time, #1))
Als hij je niet vertrouwt, dan verdient hij je niet.' 'Ik weet niet of hij me verdient, maar jij, als hij je te pakken krijgt...' 'Ik ben niet bang voor Jerry, Alicia,' verzekerde Sam haar met klem. 'Niet op een judomat en niet daarbuiten... Maar als hij jou daarentegen ooit kwaad zou doen, dan krijgt hij met mij te maken.
Guillaume Prévost (The Gate of Days (The Book of Time #2))
Ik herinner me hem wel, Holly. Ik herinner het me allemaal. Vooral jou. Het is een hele troost dat jij hier bij me bent.' … 'Dat is heel lief van je, Artemis,' zei ze na even te hebben nagedacht. 'Maar je hoeft voor mij niet te doen alsof.
Eoin Colfer (The Opal Deception (Artemis Fowl, #4))
Voor jou is het anders... Nee, dat is het niet, wilde ze wel uitschreeuwen. Snap je dan niet dat jij en Wolf de eerste vrienden zijn die ik ooit heb gehad? - Renn
Michelle Paver (Soul Eater (Chronicles of Ancient Darkness, #3))
Ik ben een centaur, ja, een centaur, dat ben ik. Het is niets voor jou om zo te overdrijven, Artemis.' 'Foaly zingt,' zei Holly. 'Dat is toch tegen de regels?' Vinyáya knipte met haar vingers. 'Stilte, jongens. Onderdruk je natuurlijke neiging om de orde te verstoren.
Eoin Colfer (The Atlantis Complex (Artemis Fowl, #7))
Liefde is ook voor Marsilio Ficino een sterven in de ander: 'Nu ik jou, die mij liefheeft, liefheb, vind ik mijzelf in jou, die aan mij denkt, terug en krijg ik mij, nadat ik mezelf opgaf, in jou, die mij behoudt, terug.
Byung-Chul Han
Kuns is die barometer van ’n samelewing. Dit wys wat in ons harte aangaan. ’n Goeie kunswerk oorrompel jou, dit roer jou, dit maak goed in jou los. Ek dink nou aan ’n onderhoud met die Amerikaanse fotograaf Roger Ballen. Hy het die volgende oor groot kuns gesê: Dit dring jou geestesoog binne voor jy jou mond kan oopmaak. Dit is soos ’n virus. ’n Verkouevirus. Jy lewe jou lewe en, en o nee, daar is jou keel seer, of jy kry ’n hoofpyn. Die virus is binne jou. Op ’n manier het dit jou lyf binnegedring en nou is dit besig om jou selle se samestelling te verander. Dít is vir hom groot kuns.
Reney Warrington (Smit Motors)
Oma's hand beefde toen ze die op Maggie's schouder legde. "Je bent niet de enige die op die dag iets verschrikkelijks heeft meegemaakt. Ik verloor mijn dochter, schoonzoon en kleindochter, en daar heb ik nog steeds heel veel verdriet om. Ik begrijp niet waarom God het heeft toegestaan, maar ik heb ervoor gekozen om Hem die last te laten dragen en met mijn verdriet naar Hem te vluchten." Oma's ogen glansden. "God hoort en verhoort gebeden. De antwoorden zijn echter niet altijd zoals we hadden gehoopt. Maar ik heb Hem gevraagd mijn geloof te versterken en dat doet Hij iedere keer. Ik heb mijn vertrouwen op Hem gesteld en ik ontvang van Hem de troost en kracht om door te gaan." Ze gaf een liefdevol kneepje in Maggie's schouders. "Dat wil hij ook voor jou doen, Maggie.
Carrie Turansky (Shine Like the Dawn)
We zijn allemaal bang voor onze machteloosheid over de dingen die we voelen maar waarom zou onze emoties de ruimte geven minderwaardig moeten zijn aan ze afknijpen? Waarom zouden we de emotie moeten zien als gekleurd, onzuiver, besmet, en de ratio als de enige klare waarheid, als omgekeerd even waar kan zijn: wat je voelt is echt en hoe je er via rationaliseren aan probeert te ontsnappen is gekleurd door angst, onzuiver door hoge nood aan controle? Als jij buiten zinnen bent van angst en woede en frustratie en machteloosheid en volslagen wanhoop over het lot dat jou nu is toegevallen, dan vind ik dat veel waarder, m'mà, dan dat de een of andere buitenstaander, die zich niet werkelijk kan voorstellen hoe het nu voelt in jouw hoofd, je situatie relativeert met zo'n geringschattend 'ze is e m o t i o n e e l, ze is even verleerd hoe ze zichzelf moet beheersen'. Wie het luidop lijden van de ander niet ernstig neemt, wie de ololyga probeert te smoren, veroordeelt de ander tot de diepste eenzaamheid: die binnen in het ondraaglijke zelf.
Caro Van Thuyne (Bloedzang)