“
Als ik één ding kan is het liefhebben. Dat lijkt niet veel bijzonders, maar ik ben er trots op.
Ik heb het geleerd zoals een zwerfhond leert zwemmen: omdat hij met de rest van de worp in een jutezak werd gepropt en in een snelstromende rivier is geworpen.
Die ene die het tegen alle verwachtingen in gered heeft, dat ben ik.
Met in mijn oren nog het gejank van degenen die het niet haalden, moest ik leren ergens van te houden.
Ik ben niet onder gegaan.
Ik heb de kant bereikt.
Ik heb lief.
Andere mensen dragen hun verdriet in hun hart.
Ongezien holt dat hen vanbinnen uit. Het is mijn redding geweest dat ik mijn verdriet aan de buitenkant draag, waar het niemand kan ontgaan.
”
”
Arthur Japin (Een schitterend gebrek)
“
Het zijn je ribben," zei ze en ze liet me een plaat zien met zwarte vlekken en zilverkleurige penen die gebroken waren.
"Zie je wel?" zei ze.
Ik keek haar in de ogen en dacht: het is mijn hart.
”
”
Peter Verhelst (Tonguecat)
“
Daarna dacht ik aan de temperatuur van het zeewater en hoe lang het zou duren voordat een hart stil zou staan van de kou. De onderkoelingsdood schijnt bijzonder hoog te staan in de topvijf van de prettigste manieren om te sterven. Het is mij een raadsel aan wie ze dit hebben kunnen vragen.
”
”
Arjen Lubach (Mensen die ik ken die mijn moeder hebben gekend)
“
Is dit wat het is om je hart te volgen? Ik wou dat er een landkaart of een kompas was om me te helpen mijn weg te vinden. Maar zij heeft mijn hart, dat is boven alles mijn poolster...en dat moet genoeg zijn.
”
”
L.J. Smith (Origins (The Vampire Diaries: Stefan's Diaries, #1))
“
Nu echter weet ik wat ik mis. Ik weet: mijn uren zouden van elkaar te onderscheiden moeten zijn. Ik kan ze nergens aan meten. Er is geen schaal. Geen enkel voorval markeert mijn tijd. Ik verstrijk dus tegenwoordig zelf.
”
”
Arthur Japin (De zwarte met het witte hart)
“
Het zal nog jaren duren voordat ik oor krijg voor die wijsheid van het lichaam, dat me met een hardnekkige trouw laat weten dat het er is en dat me herhaaldelijk iets probeert te vertellen waar ik wat aan zou kunnen hebben, als ik het maar versta.
Maar ik verstond het niet, nog niet. Het kostte me moeite mezelf te koppelen aan mijn eigen vlees en bloed. Voor de boodschappen van mijn huid, hart en hersenen, van mijn lever, darmen, nieren en van die jammerende, zeurende organen in mijn vrouwenbekken, was ik stokdoof.
”
”
Connie Palmen (De vriendschap)
“
Op de een of andere manier doet het me letterlijk pijn in mijn hart en toch kan ik maar niet ophouden de bladzijden om te slaan.
”
”
Tahereh Mafi
“
Medea:
Ik wens geen welvaart die mij pijn doet,
geen rijkdom als mijn hart wordt gekweld.
”
”
Gerard Koolschijn (Medea & Bakchanten)
“
Wat zou ik anders moeten doen? Ik kan de mensen toch niet zeggen: 'Jullie begrijpen me verkeerd. In feite voel ik in mijn hart iets anders!' Dat is pas belachelijk.
”
”
Hannah Arendt (Het waagstuk van de politiek)
“
...Eros schudde mijn hart,
zoals de wind uit de burgen rukt aan de eiken
”
”
Sappho
“
Ander mensen dragen hun verdriet in hun hart. Ongezien holt dat hen vanbinnen uit. Het is mijn redding geweest dat ik mijn verdriet aan de buitenkant draag, waar het niemand kan ontgaan.
”
”
Arthur Japin (Een schitterend gebrek)
“
Ik voel me soms net een laf glaasje cola, uit een fles die te lang heeft opengestaan. (...) Mijn voornemen voor deze reis is om mijn hart te volgen, en mijn missie is mijn prik terug te vinden.
”
”
Francine Oomen (Hoe overleef ik alles wat ik niemand vertel? (Generatie Hoi - Hoe overleef ik..., #1))
“
De tijd heeft littekenweefsel over mijn hart gevormd. Het is een andere pijn, een ander verdriet. Een mens verhuist in de tijd, weg van de kern van zijn droefenis, naar de periferie van de pijn, naar de leegte van het gemis. Missen is de voorstad van verdriet. Daar woon ik.
”
”
Alicja Gescinska (Een soort van liefde)
“
Maar plotseling begon mijn hart sneller te slaan, mijn hand beefde en drukte de zijne; ik werd warm en met mijn ogen zocht ik in het halfduister zijn blik en plotseling voelde ik, dat ik niet bang voor hem was, maar dat deze angst liefde was, een nieuwe liefde, groter en inniger dan vroeger.
”
”
Leo Tolstoy (huwelijksgeluk)
“
Jij kwam vol verlangen en ik smachtte naar je,
je bracht verkoeling voor mijn brandend hart.
”
”
Sappho
“
Mijn oudste metgezel. Mijn beste en oudste vriendin.
'Jules,' fluistert ze weer. 'Het is zo mooi.'
… Caro vangt iets van het licht op haar vingers en ik zie dat ze haar hand eromheen sluit, en dan dringt opeens met een misselijkmakende huivering tot me door wat dit betekent...
Het was altijd en alleen de dood van mijn oudste vriendin die mijn hart zou breken.
”
”
Sara Holland (Evermore (Everless, #2))
“
En la forest de Longue Attente
chevauchant par divers sentiers
m'en voys, ceste année présente
où voyage de Desiriers.
Devant sont aller mes fourriers
pour appareiller mon logis
en la Cité de Destinée.
Et pout mon cœur et moy ont pris
l'ostellerie de Pensée.
Dedans mon livre de pensée
j'ay trouvé escripvant mon cœur
la vraie histoire de douleur
de larmes toute enluminée.
In het Woud van Lang Verwachten
te paard op pad, dolenderwijs,
zie ik mijzelf dit jaar bij machte
tot Verlangens' verre reis.
Mijn knechtstoet is vooruitgegaan
om 't nachtverblijf vast te bereiden,
vond in Bestemming's Stad gereed
voor dit mijn hart, en mij ons beiden,
de herberg, die Gedachte heet.
In 't boek van mijn gepeinzen al
vond ik dan, schrijvende, mijn hart;
het waar verhaal van bitt're smart
verlucht met tranen zonder tal.
Charles d'Orléans
”
”
Hella S. Haasse (In a Dark Wood Wandering: A Novel of the Middle Ages)
“
Tegen het einde van de winter werd dit wanhopige verlangen weg te komen uit deze eenzaamheid en ook het gewone gevoel van verveling zo groot, dat ik de kamer niet meer uitkwam, geen piano meer speelde en geen boeken meer wilde lezen. Als katja mij tractte te overhalen toch iets te gaan doen, antwoordde ik :'ik heb geen zin, ik kan niet.', Maar in mijn hart zei een stem: Waarom? Waarom zoui k iets doen wanneer mijn mooiste jaren zo verloren gaan? En op dit waarom had ik geen ander antwoord dan tranen.
”
”
Leo Tolstoy (huwelijksgeluk)
“
Ik was op Amors aanval niet bedacht,
die Vrijdag, toen zijn pijlen mij doorstaken.
Hij kon zich meester van mijn leven maken
en kreeg mij daarna steeds meer in zijn macht.
Ik had niet van zijn wapenen verwacht
dat zij mijn hart zo hevig zouden raken,
nadat zij door zijn harde pantser braken:
de straf voor wie zich onverslaanbaar acht.
Nu laat ik mij door Amor ringeloren,
omdat ik mij vergeefs verzet bespaar
en hoop dat hij mijn bede zal verhoren.
Mijn enige verweer is hem te smeken,
niet om mijn vuur te doen bedaren, maar
om deze vlam bij haar ook te ontsteken.
(Ike Cialona)
”
”
Francesco Petrarca
“
Ik ben tien en als ik in de spiegel naar mezelf kijk, plaats ik mijn lichaam op de lichamen van andere meisjes, die beter geslaagd zijn, ik stippel hun omtrek uit op mijn lichaam, een patroontekening van wat ik zou moeten snijden om al het teveel van mezelf af te halen, plakje na plakje, tot enkel de juiste vorm overblijft; de botten en spieren, de schouders, het hart, de gedachten.
”
”
Lize Spit (Autobiografie van mijn lichaam)
“
Mijn worsteling is nooit geweest om een inhoud te vinden: ik had veeleer een teveel op het hart dan te weinig. Neen, het is altijd de vorm geweest, waarmede ik worstelde, als dat de juiste uitdrukking is. Inhoud heb ik altijd volop gehad, maar het was te veel tegelijk dat zich aandiende, en bijna alles daarvan joeg mij angst aan. Was ik gek? Zoude iemand anders het kunnen begrijpen? De geur van een Jongen zijn kleren; de tover van diens lichtval op diens haar; uniformen; het ruisen der zee; het ondoordringbare Woud, waar de Meedogenloze Jongen woont, alleen met zijn iets oudere broertje dat een vrome houthakker is en iets vermoedt van mijn mateloos verlangen.
Troost is er nergens. De wind in de boomtoppen zingt: 'Voorbij...Voorbij...voor eeuwig...? 'En ik kan het woud nooit meer uit want de stukjes brood die ik achter mij gestrooid heb zijn alle door de vogeltjes opgegeten.
”
”
Gerard Reve (Zondagmorgen zonder zorgen)
“
Eind van de middag, ik was net uit school thuisgekomen (daar had ik zorgvuldig geheimgehouden dat ik jarig was om te voorkomen dat ik zou moeten trakteren, want daarvoor wilde mijn moeder mij geen versnaperingen meegeven), kwam mijn grootvader met zijn cadeau aanzetten. Aan de alsmaar naderbij komende, zeer krachtige tikken van zijn wandelstok op de trottoirtegels kon je horen dat hij zich erop verheugde andermaal een naar hem vernoemde kleinzoon gul te bedelen.
Hij droeg een groot pak en overhandigde mij dat in de woonkamer. Plechtig verwijderde ik het papier. Wat mij op mijn achtste jaar ten deel was gevallen, bleek een vorstelijke meccanodoos te zijn. Weliswaar geen nieuwe fiets, maar toch iets ongehoords. Mijn grootvader verwijderde zich weer, want er was op dat moment niemand bij de hand om mee te dammen.
Mij leek toen het grote ogenblik gekomen om de meccanodoos verder uit te pakken en ermee aan de slag te gaan. Toen ik aanstalten maakte om hem te openen, riep mijn moeder:
'Wat doe je nou?'
'Ik ga hem openmaken, ik wil ermee spelen.'
'Ben je helemaal betoeterd geworden? Zo'n duur cadeau. Blijf af.'
'Maar... maar... ik heb hem toch van opa gekregen. Ik wil ermee spelen.'
'Geen sprake van, afblijven. Zo'n duur cadeau, en daar wou je zomaar met je tengels aanzitten? Niks hoor, ik zet hem weg.'
Ze pakte de meccanodoos op en plaatste hem achter lakens en slopen in het dressoir.
Toen mijn vader thuiskwam, werd de doos weer tevoorschijn gehaald en wederom vol verbazing aanschouwd. Zeker, het was geen nieuwe fiets, maar toch... Wat een cadeau.
'Opa 't Hart is maar goed op je,' zei mijn vader.
'Maar ik mag er niet mee spelen,' zei ik verongelijkt.
'Nee, natuurlijk niet,' zei mijn vader, 'daar heeft je moeder groot gelijk in, zo'n duur cadeau, het zou gekkenwerk zijn als je daar met je poten aan zou zitten. D'r kan zomaar een schroefje of moertje of ander onderdeeltje kwijtraken, niks hoor, je moeder bergt hem weer netjes op.'
'Zo is het,' zei mijn moeder, en weg ging de meccanodoos.
”
”
Maarten 't Hart (Magdalena)
“
(Ik luister naar hem, en als hij de scène van de koppelaar en het meisje dat verleid wordt voordraagt, word ik door twee tegengestelde opwellingen aangegrepen, ik weet niet of ik moet lachen of kwaadworden. Ik heb het er moeilijk mee: tien keer onderdrukt een schaterlach mijn woede, tien keer eindigt mijn diepe verontwaardiging in een schaterlach. Ik ben geheel van streek door zoveel scherpzinnigheid en laaghartigheid, door de afwisseling van zulke juiste en zulke verkeerde denkbeelden, door een zo totale perversiteit der gevoelens, een zo grote verdorvenheid en een zo ongewone openhartigheid. Hij merkt de strijd die in mij woedt en vraagt: Wat is er?)
IK. Niets.
HIJ. U schijnt in de war te zijn.
IK. Dat ben ik ook.
HIJ. Maar wat raadt u me dan aan?
IK. Over iets anders te praten. Ach, ongeluksvogel, bent u altijd zo geweest of bent u zo diep gezonken?
HIJ. Dat geef ik toe. Maar trekt u zich mijn toestand niet zo aan. Het was niet mijn bedoeling u verdriet te doen, toen ik mijn hart voor u uitstortte. Ik heb bij die mensen nog wat gespaard. Zoals u weet kreeg ik alles wat ik nodig had, absoluut alles, en ze gaven me nog wat extra zakgeld voor mijn persoonlijke pleziertjes.
(Dan begint hij met zijn vuisten op zijn voorhoofd te slaan, zich op de lippen te bijten en met een verwilderde blik naar het plafond te staren, terwijl hij uitroept: Wat gebeurd is, is gebeurd. Ik heb wat opzij gelegd, de tijd is voorbij gegaan en dat is al veel gewonnen.)
IK. U bedoelt zeker verloren?
HIJ. Nee, nee, gewonnen. Men wordt elke minuut rijker: een dag minder te leven of een daalder meer, dat is precies eender. Het belangrijkste is toch iedere avond lekker op je gemak, vrij en overvloedig naar de plee te kunnen gaan: 'O stercus pretiosum!' Dat is het grote doel van het leven in alle rangen en standen. Op het laatste moment zijn we allemaal even rijk: Samuel Bernard die door diefstal, zwendel en fraude zevenentwintig miljoen in goud nalaat, en Rameau, die niets nalaat, Rameau die van de armen zal worden begraven.
”
”
Denis Diderot
“
Ik leer, langzaam en niet zonder pijn in mijn hart, het leven te nemen zoals het is, het eerbiedig te aanvaarden, er een feest van te maken, het te koesteren, uit te zaaien en ermee te werken zo lang me de tijd gegund is. Maar in het verloop van de tijd zal er steeds weer nieuwe schade ontstaan die hersteld moet worden, nieuwe wegen en omwegen die bewandeld moeten worden op de roetsjbaan van ons leven en ons gekwetste hart.
Zo is het, zo ziet het patroon van mijn leven eruit. Er komt geen diepe filosofie aan te pas en het is ook geen geheim. Het is heel gewoon de weg die je vol vreugde inslaat als je op een kruispunt in je leven staat. Maar in de stofwolken die ik zelf had opgeworpen, heeft het me wel veel tijd gekost om die weg te vinden. Maar goed, zoals Christophe van de perserij al zo kort en bondig opmerkte: 'Het leven kost tijd'.
”
”
Carol Drinkwater (The Olive Season)
“
Als ik er nu aan terugdenk, was dat het meest verbluffende van de laatste dagen die ik met mijn vader doorbracht: ik had altijd gedacht dat hij geen hart had. Ik kon het pas zien nu het onherstelbaar gebroken was.
”
”
Paolo Giordano (Il corpo umano)
“
Oud manager Heineken: 'Ik kan je vanuit de grond van mijn hart zeggen dat we bij Heineken zaken willen verbeteren en positief willen bijdragen aan de samenlevingen waar we opereren. We proberen ons aan alle regels te houden, hoe moeilijk dat ook is. Het steekt me dat dat onderuit wordt gehaald met opmerkingen dat alles voor ons marketing en commercie is. Het is heel lastig om een eiland van perfectie te zijn in een zee van ellende, maar twijfel niet aan de oprechtheid.'
Heineken als eiland van perfectie. En Afrika? Het continent waar Heineken sinds meer dan een eeuw vele miljarden heeft verdiend? 'Een zee van ellende.'
Maar twijfel niet aan de goede bedoelingen.
”
”
Olivier van Beemen (Bier voor Afrika)
“
Dank je wel,' fluisterde ze.
En de gletsjer in mijn binnenste brak af. Met donderend geraas scheurde hij aan stukken en viel in het ijskoude water rond mijn hart. 'Graag gedaan.
”
”
Adrienne Young
“
Als ik even de tijd kon laten stilstaan en mij daarin ook zou kunnen verplaatsen, dan zou ik heel snel naar je toelopen om je elke keer een beetje warmte van mijn hart te geven.
”
”
Marvin Verweij
“
Mijn hart is gewoon zo ongelooflijk kapot, dat ik bang ben dat het niet meer gemaakt kan worden.
”
”
Tahereh Mafi (Furthermore (Furthermore, #1))
“
Als ik op mijn geheugen af moet gaan heeft een halve eeuw Indië korter geduurd dan een willekeurige valkenjacht op Het Loo, het bezoek van Adeline Renselaar en haar feestcommissie langer dan een weekeinde in Scheveningen. De archieven van je geest kennen geen index, hooguit een paar steekwoorden.
”
”
Arthur Japin (De zwarte met het witte hart)
“
Al had ik er niets aan gedaan, ik voelde me onlosmakelijk deel van het wonder van dit perfecte wezentje - dit wezentje dat linea recta een plekje in mijn hart opende waarvan ik niet wist dat ik het had, en dat ik zomaar mocht vasthouden en zoenen in de wetenschap dat ik haar haar leven lang zou kennen tot het mijne voorbij was.
”
”
Lisette Schuitemaker (Gelukkig zonder kinderen: Mensen wereldwijd over hun keus en hun leven)
“
Ik voelde me leeg en ontdaan. Ik was zo kwaad, zo ontmoedigd, en ik had zo'n minachting voor mezelf dat ik - voor de zoveelste keer! - het besluit nam Mrs. Richardson uit mijn geheugen te wissen en haar, om het maar eens te zeggen met een van die banale uitdrukkingen waar zij altijd zo om moest lachen, uit mijn hart weg te rukken. Het was idioot om verliefd te blijven op zo'n ongevoelig wezen, dat genoeg van me had, dat met me speelde als was ik een marionet, dat nooit het minste respect voor me had getoond. Dit keer zou je je wél losmaken van het Peruaantje, Ricardo Somocurcio!
”
”
Mario Vargas Llosa (Travesuras de la niña mala)
“
Ik weet niet waarom ik mijn hart bij hen heb uitgestort. Misschien omdat ik er, net als iedereen, zo nu en dan behoefte aan heb dingen die me bang of blij maken met iemand te delen.
”
”
Mario Vargas Llosa (Travesuras de la niña mala)
“
Ik voel een steek in mijn hart als ik aan haar denk en ik wil niet dat het voelt als medelijden, dus ik heb besloten het te zien als liefde. Als liefde uitmondt in medelijden, kun je daar niets aan doen.
”
”
Baek Se-hee (I Want to Die But I Want to Eat Tteokpokki)
“
Vrees
buiten ritselt triest de regen
- de wind huilt cynisch door de nacht
- o lang verzwegen
Noodlot dat mij wacht
starend dwaal ik door de zwarte nacht
dof slaat mijn voetstap door de zwarte straat
- o hart in mij dat nu nog slaat:
- eens komt de nacht
het water van de gracht is zwart
- o vreemd verdriet in 't lege hart-
zwart is het water van de gracht
- dit is de nacht
”
”
H.H. ter Balkt
“
Op 14 juni laat ik een kleine tattoo op mijn linkerpols zetten. Het oneindigheidsteken, als een blijvende herinnering aan die oneindigheid. Ik wil me altijd herinneren wat de afgelopen jaren met mij hebben gedaan: ze hebben vertrouwen, kracht en levenslust opgewekt. Het teken zal mij bovendien herinneren aan het feit dat er na donkere periodes altijd lichtere tijden komen. Daarnaast zie ik oneindigheid als een ode aan het leven: de dood bestaat voor mij niet in de gangbare betekenis van het woord. Eindigheid is een menselijke illusie, wij denken sterfelijk te zijn, maar wij zijn onsterfelijk. Ik en het leven zijn één. Ik kan het leven niet verliezen, omdat ik onderdeel ben van het leven. Ik kan wel mijn lichaam achterlaten, op een zeker moment, maar het leven zal altijd doorgaan. Niet in een kloppend hart, maar in een ziel. We staan niet los van het leven, net zo min als we erin zitten. Het is onderdeel van ons, maar toch laten wij dat onderdeel los als we weggaan hier op aarde. Mijn kloppend hart is van nu, maar ikzelf ben van nu en altijd.
”
”
Laura Maaskant (LEEF! (Dutch Edition))
“
Het is mijn doel niet, vooral niet in het begin van mijn vertelling, de lezer lang bezig te houden met het beschrijven van plaatsen, landschappen of gebouwen. Ik vrees te zeer hem af te schrikken door wat zwemen zou naar langdradigheid, en eerst later, als ik gevoel dat hij voor mij gewonnen is, als ik uit blik en houding bemerk dat het lot van de heldin die ergens van 't balkon ener vierde verdiepingspringt, hem belang inboezemt, dan laat ik, met stoute verachting van alle wetten der zwaartekracht, haar zweven tussen hemel en aarde, tot ik mijn hart heb lucht gegeven in de nauwkeurige schets der schoonheden van het landschap ...
”
”
Multatuli
“
Wie schrijft, die blijft!
”
”
Miranda Hillers (Breek mijn hart niet)
“
Er wordt me gezegd dat ik meer over mezelf moet nadenken. Ik vind me alleen niet zo eenvoudig te volgen, daar moet ik een hoop voor overwinnen. Er is iemand die mij niet bij me binnen wil laten. Ik word aan mijn haren teruggetrokken als ik in mijn richting wil bewegen, ik krijg er een zwaar hoofd in, het hart wil niet, in mijn hersengebied trekt onmiddellijk de nevel op als ik mezelf wil bekijken.
”
”
Atte Jongstra (Klinkende ikken: bekentenissen van een zelfontwijker)
“
Voor ik dook
In de branding van je hart
Voor ik verdronk
In de golven van je haar
Voor ik de bodem raakte
De deining van je dijen
Voor ik aanspoelde
Mee met je getijden
Als een soort morse varen we uit
Geen barst geen lek in onze schuit
Laten we kapzeisen
Voor ik je schip kaapte
Me aan de sprong waagde
Voor onze zeilen je adem aanvaardden
Voor we de horizon zagen
We varen tot de evenaar
En zal ik jou ooit evenaren?
Voor ik je uitwaaide
Voor de storm
Doofde je de laatste kaars
Voor ik verdronk
Verspeelde ik mijn laatste kans
Als een soort morse over zee
Maken we spelfouten alle twee
Of is liefde geen spel?
”
”
Willem Ardui
“
Zestien maanden lang,' zei de vreemdeling, 'heb ik geen vrouw in de ogen gekeken. Je hebt mooie ogen, Teresa, ze doen me denken aan de hemel boven Venetië. Soms zag ik een stukje hemel door het raam van de gevangenis, als ik even op en neer mocht lopen door de gang. Wat ik zag was een koel grijsachtig blauw, alsof de zee erin weerspiegeld werd. Je ogen hebben de kleur van de eeuwige dingen, maar dat zul je wel niet begrijpen en dat hoeft ook niet. Al die misverstanden, hoe lang bestaan die al niet tussen een man en een vrouw? Hoe vaak heb ik me achteraf niet geschaamd, als ik weer eens veel te veel gepraat had met een vrouw? Kus me maar.' Zijn stem klonk ongedwongen en vriendelijk.
Toen het meisje zich niet verroerde en hem met haar grijsblauwe ogen bleef aanstaren, keek hij haar verwonderd aan en vroeg haar nog een keer vriendelijk: 'Kus me maar, of begrijp je het niet?' Later herinnerde Teresa zich dat zijn stem ook zo geklonken zou hebben, als hij haar om een glas water had gevraagd. Het had net zo eenvoudig en terloops geklonken, maar omdat ze nog nooit een man had gekust, bleef ze hem een beetje verdwaasd aankijken. Met een al even nonchalant gebaar sloeg hij zijn arm om haar middel en vroeg belangstellend: 'Wat voel je?'
'Niets,' antwoordde het meisje.
'Begrijp je me niet?' vroeg hij licht geprikkeld. 'Begrijp je niet wat ik vraag? Ik vroeg je niet wat je eigenlijk van mannen vindt of hoe je over de liefde denkt. Luister nou eens, kleintje, ik vraag je wat je voelt als ik je aanraak, als ik met twee vingers over je arm streel, als ik mijn hand op je hart leg. Kijk zo... Wat voel je nu, op dit moment?'
Het meisje stond op, lichtte met een gracieuze beweging haar rok bij de zijkanten iets op van de vloer, zoals ze dat in de gelagkamer wel eens had zien doen, maakte een diepe buiging en zei toen beleefd: 'Met uw goedkeuring, meneer, ik voel niets.
”
”
Sándor Márai
“
Ja toch? Hertog Luciano van Bellezza, gemaal van de schone duchessa?'
'Ja,' zei Arianna. 'Dat zou kunnen.'
'Zou kunnen?'
'Dat moet je me eerst vragen.
'Ik vraag je.'
'En ik moet eerst ja zeggen.'
'Zeg je ja?'
'Ja,' zei Arianna. 'Met heel mijn hart.'
En ze gooide haar masker weg.
”
”
Mary Hoffman (City of Flowers (Stravaganza, #3))
“
Er is mij eens iets grappigs overkomen in een herberg in Tirol. Professor Cotta en ik hadden er juist onze intrek genomen en zaten te dineren toen een kamermeid hem in zijn oor kwam fluisteren. Ze vroeg of het wel zin had mij een bed met schoon linnengoed te geven, aangezien het toch helemaal zwart zou worden wanneer ik ging liggen. De professor wuifde het wicht weg. We hebben er samen hard om gelachen, maar 's nachts overviel me een enorme mensen-moeheid. Alsof ik mijn leven lang door een moeras gewaad heb zonder een meter vooruit te komen. Dat zijn voor mij de angstige momenten, wanneer ik het vechten liever op zou geven. Met het ouder worden nemen die in frequentie en hardnekkigheid eerder toe dan af.
”
”
Arthur Japin (De zwarte met het witte hart)
“
Er is een ruim tweepersoonsbed dat mijn hele herinnering beslaat. Buiten, in de diepte, is het stil, op het geluid van een enkele passerende auto na. Een auto, zo laat nog, een veeg in de nacht.
Ik lig op mijn linkerzij, met mijn hand omklem ik de metalen rand. Ik druk mijn wang tegen het koele metaal. Wie op zijn linkerzij slaapt belast zijn hart, zegt mijn moeder.
Vanuit mijn positie aan de rand van het bed kijk ik recht de zwarte hemel in. De nacht is veraf en dichtbij. Het matras deint op en neer als een vlot op de oceaan.
Ik ben achttien, ik heb niets tegen de nacht. Maar déze, terwijl ik er nog middenin ben, zou ik nu al uit mijn leven willen schrappen.
”
”
Tessa de Loo
“
Dood legde zijn hand in mijn nek en keek me diep in de ogen. ‘Je zou ook over mij heersen, mijn muze. Op een bepaalde manier. Je zou over mijn ziel heersen, mijn denken, mijn hele lijf en zelfs over mijn verdomde hart. Je huist daar nu al,’ fluisterde hij. ‘Nu al heb je je in mijn hoofd genesteld, je een weg door mijn huid geklauwd en je in mijn botten gewrongen. Je zult mijn duisternis sussen en dat donker weer oproepen wanneer jij dat nodig acht.
”
”
Rani De Vadder (De Muze en de Dood)
“
We waren vrolijk. Maar misschien is dat niet helemaal waar. We deden vrolijk. We lachten te hard, praatten te luid. Zodat we niet zouden horen wat iedereen dacht. Zodat we niet zouden nadenken over wat is bang maakte.
Ik wist het, ook al mocht ik het niet weten. Ik hoorde het in de sterke verhalen van de oudere jongens uit onze straat. In het zwijgen van Oscar wanneer hij stopte met lezen. In de plotselinge stilte van mijn ouders, telkens wanneer ik de kamer binnenkwam. Het was een stilte die de licht zwaar maakte. Een stilte die meer woog dan een rugzak vol stenen.
Natuurlijk kwam ik nooit zomaar binnen. Inkleedde te sluipen, te wachten, te luisteren naar de zachte stemmen van mijn ouders. Ook al zeiden ze dingen die mijn hart sneller liet slaan en mijn mond droog maakte.
”
”
Kathleen Vereecken (Alles komt goed, altijd)
“
De rechters
In het hoge Peru, in Nicaragua,
doorheen Patagonië, in de steden,
kreeg je geen rechten, bezit je niets:
beker van de miserie, in de steek gelaten
zoon van de Amerika’s, geen wet,
geen rechter beschermt voor jou
je grond, je hut met maïsvelden.
Toen de kaste van jouw mensen kwam,
die van jouw heren, en de aloude droom
van klauwen en messen al was vergeten,
kwam de wet je hemel ontvolken,
jou je aanbeden terreinen ontrukken,
jou het water van je stromen betwisten,
jou het rijk van je bomen ontroven.
Ze namen je tot getuige, zetten stempels
op je hemd, vulden je hart
met plooien en papieren,
ze begroeven je in kille arresten
en toen je wakker werd aan de grens
van de rampzaligste catastrofe,
beroofd, eenzaam, zwervend,
kerkerden ze je, sloten je in het blok,
bonden je handen opdat je niet zou kunnen
wegzwemmen uit het water van de armen,
maar spartelend zou verdrinken.
De welwillende rechter leest je
artikel Vierduizend, kapittel Drie voor,
hetzelfde dat men vandaag gebruikt
in heel de blauwe geografie bevrijd
door mensen als jij die vielen
en hij maakte je tot wettelijk aanhangsel
en zonder beroep, tot schurftige hond.
Je bloed vraagt, hoe raakten de rijke
en de wet verstrengeld? Met welk weefsel
van zwavelig ijzer? En hoe vielen
de armen voor het gerecht?
Hoe kon de aarde zoveel onheil aanvaarden
voor haar arme kinderen, die wreed
waren gevoed met steen en verdriet?
Toch is het gebeurd zoals ik het neerschreef.
De levens hebben het op mijn voorhoofd geschreven.
(Willy Spillebeen)
”
”
Pablo Neruda (Canto General)
“
Op een toon die niet ironischer kon zijn, zei ze: 'Vraag je me in ernst met je te trouwen?'
'Tja, ik geloof van wel.' Ik probeerde te blijven schertsen. 'Als jij wilt. Om de problemen met je papieren op te lossen en om te voorkomen dat je op een dag als illegale vreemdeling Frankrijk wordt uitgezet.'
'Ik trouw alleen uit liefde,' zei ze met een priemende blik, stampend met haar rechtervoet. 'Ik zou nooit trouwen met een pummel die me op zo'n lompe manier een huwelijksaanzoek deed.'
'Als je wilt, zal ik voor je knielen en je met mijn hand op mijn hart smeken of je tot aan het einde der tijden mijn aanbeden vrouwtje wilt zijn,' zei ik, van mijn stuk gebracht, niet wetend of ze nog steeds een spelletje speelde of in ernst had gesproken.
”
”
Mario Vargas Llosa (Travesuras de la niña mala)
“
Ik voelde me leeg en ontdaan. Ik was zo kwaad, zo ontmoedigd, en ik had zo'n minachting voor mezelf dat ik - voor de zoveelste keer! - het besluit nam Mrs. Richardson uit mijn geheugen te wissen en haar, om het maar eens te zeggen met een van die banale uitdrukkingen waar zij altijd zo om moest lachen, uit mijn hart weg te rukken. Het was idioot om verliefd te blijven op zo'n ongevoelig wezen, dat genoeg van me had, dat met me speelde als was ik een marionet, dat nooit het minste respect voor me had getoond. Dit keer zou je je wél losmaken van het Peruaantje, Ricardo Somocurcio!
(...)
Ik probeerde mijn besluit in praktijk te brengen met het beproefde recept: door me te overladen met werk.
”
”
Mario Vargas Llosa (Travesuras de la niña mala)
“
Bekentenis
Al te gewillig liet ik mij verleiden
tot dit bekoorlijk maar gevaarlijk spel.
Ik was te roekeloos, ik weet het wel:
ik ben immers de zwakste van ons beiden.
Maar het besprong me, onverhoeds en snel.
Er bleef geen tijd meer om het te vermijden.
Nu kan en wil ik me niet meer bevrijden:
de pijl trof doel, verraderlijk en fel.
Het is te laat, er valt niet meer te kiezen.
Te laat – en in een plotselinge schrik
voel ik – één tel – mijn hart, mijn bloed bevriezen.
Want vroeg of laat, eens komt het ogenblik
dat een van ons dit spel moet gaan verliezen
door te bezwijken voor de ander. – Ik.
”
”
Hanny Michaelis (Verzamelde gedichten (Dutch Edition))
“
Geen stommiteiten uithalen met mijn kleine lieverdjes,' drukte hij haar op het hart.
'Het zou anders zonde zijn om er niet van te profiteren!' antwoordde June.
'Niet te véél stommiteiten dan,' zei Diederik toegeeflijk.
”
”
Audrey Alwett (Bienvenue à Saint-Fouettard (Magic Charly, #2))
“
Gewis, 'k heb allen lief in 't hart,
Die list noch boosheid plegen;
Hun aanzigt zij dan blank of zwart,
Ik wensch hun heil en zegen;
Maar Nederland wensch ik tienmaal meer:
Dat, vrienden! is mijn liefdeleer.
”
”
Hendrik Tollens
“
Als aan de grond genageld stond ik voor Masaccio’s Verbanning uit het paradijs. In een sombere, bruine omgeving, die in niets leek op een tuin, hield Adam zijn gebogen hoofd bedekt met zijn handen. Eva’s ogen waren gewonde holtes die bijna dicht waren geknepen en haar openstaande mond uitte een gekwelde kreet die door de tijd echode en in mijn hart weergalmde. Het pathos van hun schaamte ontroerde me zo erg dat mijn benen verslapten. Ik hield me vast aan de stenen balustrade. Tussen Eva en mij voelde ik geen kloof van eeuwen gapen.
“Ik wil haar in mijn armen nemen om haar te troosten,” zei ik zacht.
“Michelangelo, Rafaël en Botticelli zaten precies hier dit fresco na te tekenen,” zei Pietro met een nonchalance alsof hij meer dan honderd jaar geleden tussen ze had gestaan.
”
”
Susan Vreeland (The Passion of Artemisia)
“
Voor een deel van de toehoorders zal er altijd iets zijn, iets anders. Dat deel wilde nooit met een open hart luisteren, wilde je nooit een eerlijke kans geven. Ze luisterden doelbewust met een half oor, met gesloten ogen en leggen je woorden in de mond. Er is niets zo vermoeiend als het vechten tegen de vanzelfsprekendheid, een waarlijk vechten tegen de bierkaai. Het is vermoeiend om jezelf, om racisme steeds uit te leggen.
”
”
Sinan Çankaya (Mijn ontelbare identiteiten)
“
Voor een deel van de toehoorders zal er altijd iets zijn, iets anders. Dat deel wilde nooit met een open hart luisteren, wilde je nooit een eerlijke kans geven. Ze luisteren doelbewust met een half oor, met gesloten ogen en leggen je woorden in de mond. Er is niets zo vermoeiend als het vechten tegen de vanzelfsprekendheid, een waarlijk vechten tegen de bierkaai. Het is vermoeiend om jezelf, om racisme steeds uit te leggen.
”
”
Sinan Çankaya (Mijn ontelbare identiteiten)
“
Door de pijnlijke wending die mijn leven onverwachts had genomen, de afgelopen jaren, wist ik één ding: ik wilde leven. Ik wilde blijven leven, en liefhebben, met mijn armen open zoals mijn moeder altijd door het leven was gegaan. En gezond blijven en genieten van dat leven en die gezondheid, samen met al die lieve mensen om me heen en samen met het verdriet. Verdriet gaat niet weg, maar het raakt op de achtergrond wanneer je hoofd en je hart nieuwe herinneringen en ervaringen krijgen. Het is echt zo: de scherpe randies gaan ervanaf. ledereen krijgt zijn portie, vroeg of laat. Het gaat er niet om wat er op je bordje komt, het gaat erom hoe je met dat volle bordje omgaat. Ik hoefde het verdriet om mijn moeder ook niet langer op te lossen, zoals ik liefdesverdriet altijd had willen oplossen, zoals ik mijn carrière altijd had willen regelen, zoals ik altijd mijn hele leven had willen regisseren. Ik neem mijn verdriet mee, onder mijn arm, welke vorm het ook in de toekomst zal aannemen.
”
”
Lisanne van Sadelhoff (Je bent jong en je rouwt wat)
“
Wij hebben elkaar woorden toegevoegd die met weerhaken geankerd blijven in het hart. Nooit meer, zolang ik leef, zal ik mijn vrouw kussen zonder te denken aan die weerhaken en ontroerd te wensen dat mijn zoen iets van de wonde moge genezen.
”
”
Gerard Walschap (Ons geluk)
“
HARTSTUK
1. Mag ik mijn hart aan uw voeten leggen.
2. Als u mijn vloer niet vies maakt.
1. Mijn hart is rein.
2. Dat moeten we nog zien.
1. Ik krijg het er niet uit.
2. Zal ik u helpen.
1. 't Is mij een waar genoegen...
2. Ik krijg het er ook niet uit.
1. (brult)
2. Ik zal het eruit opereren. Waar heb ik een zakmes voor. Dat zullen we wel even fiksen. Doorwerken en niet wanhopen. Ziezo, we hebben het gefikst. Maar dat is een baksteen. Uw hart is een baksteen.
1. Maar het klopt alleen voor u.
”
”
Heiner Müller
“
Ik ben Theana, de hofmagiër. Wat bezielt me om met een moordenares over de Verrezen Wereld te gaan zwerven, op missie om de koning van Zonland te vermoorden?
…
Ik heb geen belang bij haar redding. Haar lot interesseert me niet. Diep in mijn hart haat ik haar misschien.
Maar ik ben het ook beu. Ik heb altijd hier in het paleis geleefd, zonder ooit mijn magie te gebruiken. Ik heb altijd afgewacht... Het is tijd om er een punt achter te zetten. Het is tijd voor verandering, tijd om iets te doen wat eigenlijk niet bij me past, maar waarvan ik weet dat ik het moet proberen... En uiteindelijk zal ik vrij zijn.
”
”
Licia Troisi (Un nuovo regno (Le Guerre del Mondo Emerso, #3))
“
Breek mijn hart maar. Breek het duizend keer, als je wilt. Van meet af aan was jij de enige die dat kon.
”
”
Kiera Cass (The One (The Selection, #3))
“
Van kennis krijg ik heel vaak van die pijn in mijn hart, die niets anders is dan een soort verliefdheid op een woord of een grote dankbaarheid voor het bestaan ervan. Het is een soort geluk dat er vooralsnog om vraagt met rust gelaten te worden en een vermoeden te blijven in plaats van een kennis die je kunt uiten.
”
”
Connie Palmen (De vriendschap)
“
Het stille bos zal zingen vanuit mijn stille geest, het hart dat zwijgt door de ziel die volmaakt is, door haar Eindbestemming.
”
”
Petra Hermans
“
Mijn hart gaat uit naar haar.
”
”
Petra Hermans
“
Het klein geluk ligt in het Licht van mijn hart.
”
”
Petra Hermans
“
Ik heb genoeg lentes overgeslagen. 't Moet uit zijn. Vaak is het me niet eens opgevallen dat het lente werd. Het deed me niks. Nogal wiedes als je er geen acht op slaat, doet niets je iets. Ik merkte de bloesem evenmin op als de sneeuw. Ik hing maar zo'n beetje tussen hemel en aarde. En alles ging snel. Je had geen tijd om stil te staan, of je durfde het niet misschien, omdat je bang was dat je werd ingehaald.
Maar nu sta ik stil bij de lente in mijn tuin en ik weet zeker dat het niet het stilstaan is van een ouder wordende man. Wat jammer dat we zo niet kunnen zijn, denk ik, zo opgetogen als deze bloei; zo eerlijk als het gras; zo mild als de voorjaarsregen. En in dit decor van liefde en zachtmoedigheid wil ik alleen maar lieve mensen tegenkomen. O, u mag me rustig beschuldigen van sentimentaliteit, maar wat de aarde op dit moment oproept in mijn hart, laat ik niet zomaar kapotmaken door de wrevel en de onvrede van mensen; door wat ze zeggen in kranten, roepen door de radio, laten zien op de buis. Bij deze bloei in dit licht heb ik geen zin in discussies en vergaderingen en teksten; in beloften of voorspellingen; of in mensen die elkaar pijn willen doen, kwetsen en kwellen, die elkaar voorbij willen streven. Voor mij hoeft het nou es even niet, de succesvolle goalgetters.
Daar sta je dan tussen het geweld van dit groene leven, jij met je hinderlijke verstand, midden in het ongeremde dat maar raak leeft zonder enige reserve. Het vlamt op uit de aarde zonder terughoudendheid. Dat doet maar. Het staat op uit de dood. Breekt opnieuw uit de knop. Bloeit als een gek en valt neer zonder droefheid, zonder tranen.
Daar sta je dan met je armbandhorloge.
”
”
Toon Hermans (Fluiten naar de overkant)
“
Ah, Cortès! Jij breek mijn hart! Jij ies mijn vriend, oké, iek wil jou blij maken! Maar iek ben bijna dood! Kijk hoe stroomt mijn bloed, hoe rolt mijn traan!... Enzo! Reken uit, alsjeblieft: 15625 gedeeld door 125 min 5 als commissie ploes 3 als korting voor Cortès… Enzo toch! Jij ies absoluut die grootste domoor van die stad! Jij bent niet een neef meer, jij bent een ramp van ons familie! - Bartolomeo
”
”
Guillaume Prévost (The Book of Time (Book of Time, #1))
“
Gezien mijn hoog verantwoordelijkheidsgevoel, kreeg ik het niet over mijn hart, ook maar 1 steek te laten vallen of schieten. Iemand moest het doen.
”
”
Petra Hermans
“
Ze zijn misschien geen thuis, maar het zijn wel plaatsen die me hebben getekend, mijn voorkeuren hebben gevormd, sympathieën hebben geschapen. Samen nemen ze de ruimte in mijn hart in waar mijn thuis zou hebben gezeten als ik dat had gehad.
”
”
Cory Taylor (Dying: A Memoir)
“
'Ziezo', zei Benjamin. 'Nu ben ik dood. Mijn hart staat stil.'
Hij ging rechtop zitten in het hoge ziekenhuisbed, keek even naar de aan'en uitflitsende rode lampjes en glimlachte. Het alarm gilde en hij hoorde stappen op de gang. Benjamin liet zich van zijn bed glijden, wierp een vlugge blik op zijn dode lichaam en ging toen bij het raam staan.
”
”
Willy Schuyesmans (Stilstaan)
“
Uit hoeveel verdriet is ons leven opgebouwd?
Uit hoeveel verdriet dat te vermijden is?
Soms denk ik wel eens dat we wanneer we doodgaan niet, zoals je altijd hoort, ons hele leven weer voorbij zien komen, maar slechts een klein deel: de uitgebleven blijken van liefde, de niet-gegeven knuffels, het medeleven dat we een ander hebben onthouden, de te lang volgehouden, nutteloze boosheid, de alleen door zichzelf gevoede boosheid.
In de laatste momenten van haar leven had mijn moeder, dat weet ik zeker, mijn vader wel een complete kennel willen schenken. Maar toen was het te laat.
Te laat.
Pas als we ouder worden realiseren we ons de ernst van sommige dingen die we hebben gezegd, en alles waarin we tekortgeschoten zijn - uit oppervlakkigheid, egoïsme, haast - begint dan op ons hart te drukken. Maar onze tijd is al vervlogen en we kunnen niet meer terug.
”
”
Susanna Tamaro (Per sempre)
“
Ik Hermes, zoon van de Oppergod Zeus
bergnimf Maia mijn geboortemoeder
niet alleen bode, benoem mij hoeder
der kunsten, lyriek, poëzie en heus
leraar van de schone zanggodinnen
men vergeet, ook ik laat mijn stem eens los
hoor het gezang alom Epidauros
luister Grieken, laat mij u beminnen
zodat ik uw ontroerend hart beroer
zet u neder op de punt van uw stoel
hef niet uw voeten van de kille vloer
geef alleen maar toe aan zalig gevoel
doof geheel om u heen al het rumoer
treed in het mythologisch zang gewoel
”
”
Laurens Windig
“
Er zitten littekens op mijn hart, even dik, even misvormend als die op mijn gezicht. Ik weet dat ze er zijn. Ik hoop dat er nog wat onbeschadigd weefsel is, een stukje waardoorheen liefde kan binnenkomen en uitstromen. Dat hoop ik.
”
”
Gail Honeyman (Eleanor Oliphant Is Completely Fine)