“
Verdriet nestelt zich in je en kleeft zich vast aan de binnenkant. Het neemt daar zijn tijd voor. Het wordt een tweede huid die algauw te strak zit, ze past je niet. Een te nauw zittend kledingstuk. Verdriet lijkt altijd te klein gekocht. Maar je leert ermee leven. Je lichaam past zich eraan aan. Je leert jezelf verplaatsen, na verloop van tijd maakt verdriet deel uit van elke beweging, van elke ademtocht die je uitblaast, van elke herinnering die je in je draagt. Verdriet gaat in je wonen. Het is maar beter zo'n huisgenoot te verwelkomen
”
”