“
Je zou de huurprijzen kunnen limiteren. We zijn het enige land in Europa waar de immobiliënprijzen stijgen. De huurprijs zou maar zo hoog mogen zijn als wat dat huis op een spaarboekje opbrengt. Mensen die in een appartement van 100.000 euro leven, betalen dan maar 170 euro huur per maand. Zo schiet er meer geld over om te consumeren en begint de bal te rollen. Voor je het weet zal de economische groei terug toenemen. Het is zo klaar als pompwater, maar toch voert de regering liever enorme belastingen in. Ze bedelven de mensen onder een massa onzekerheden: de mensen weten niet meer tot hoe lang ze moeten werken, welk pensioen ze zullen trekken, wat ze voor een huis zullen moeten betalen. Allemaal om die 16 miljard bijeen te krijgen. En voor wat is dat geld nodig, denk je? Ah, om aan de banken te geven, mijnheer! Dezelfde banken die aan de basis liggen van onze crisis door hun ziekelijke hebzucht. Het klinkt paradoxaal, maar hoe scherper de crisis, hoe meer de banken profiteren. Ik heb de cijfers opgezocht. Tijdens de petroleumcrisis in de jaren ’80 verhoogden de banken hun winsten hebben met tien procent! Vandaag zegt de man in de straat: ‘Een nieuwe salon kopen? Neen hoor, ’t zijn slechte tijden. Ik wacht wel tot het beter gaat.’ Terwijl eigenlijk de omgekeerde beweging moet ingezet worden. In plaats van te jammeren, geef uw geld uit! Koop die frigo en die auto nu! Mocht iedereen leven zoals Van Rossem zou er geen crisis zijn, want ik geef meer uit dan ik heb.
”
”