Onmogelijk Quotes

We've searched our database for all the quotes and captions related to Onmogelijk. Here they are! All 20 of them:

Soms is wat onmogelijk lijkt, alleen maar moeilijk.
Stefan Brijs (The Angel Maker)
Ik ben, wellicht op een verkeerde manier, bezeten van boeken. Altijd, dag en nacht, moet er een boek bij me in de buurt zijn. Zonder boek naar bed of naar de w.c. gaan is voor mij onmogelijk. Blijk ik in een trein een boek of blad vergeten te zijn, dan stap ik uit en schaf me drukwerk aan. Verblijf ik bij iemand die geen boeken in huis heeft, dan word ik rusteloos en agressief.
Bob den Uyl
Is er nog iets vanwaar ik droom? Ja, één enkel iets, iets wat helaas onmogelijk geworden is.
Jean Pierre Van Rossem (De engel in de duivel)
Maar wat was geluk anders dan een uitspatting, een onmogelijk vol te houden toestand, deels omdat die zo moeilijk te verwoorden was?
Hanya Yanagihara (A Little Life)
Zijn grote gouden speer...gevuld met vuur... Werd verscheidene malen in me gestoken... Tot diep in mijn binnenste... Een zo overweldigende heerlijkheid dat je onmogelijk kon wensen dat het ophield.
Dan Brown
Welke achterlijke idioot heeft het in de hersens van de mensen zitten stampen dat ze eerst van zichzelf moeten houden voordat ze iemand anders lief kunnen hebben? Het is de meest belachelijke, de meest wrede wet ever en ze regeert de twintigste eeuw. Het is rabiate nonsens. Je moet van iemand anders houden en iemand anders moet van jou houden, dat moet je niet ook nog eens zelf hoeven te doen, dat is onmogelijk. Wie houdt er nu van zichzelf zonder door een ander bemind te worden? Niemand toch? Ja, een handvol monomane gekken met negen assertiviteitstrainingen achter de rug.
Connie Palmen (De wetten)
Dat is de fout die velen van ons maken. Ze leggen zichzelf grenzen op. Ze bepalen vooraf wat mogelijk en onmogelijk is. En bij het onmogelijke leggen ze zich neer. Maar soms is wat onmogelijk lijkt, alleen maar moeilijk. En dan is het slechts een kwestie van doorzetten.
Stefan Brijs (The Angel Maker)
Tegenwoordig begrijp ik dat het onmogelijk is om iemand niet te ontmoeten. Door er te zijn en te ademen ontmoet je de hele wereld. De onzichtbare draad heeft je vanaf het moment van je geboorte met de anderen verbonden. Om die draad door te knippen is meer nodig dan een dood, en het heeft geen zin het daar niet mee eens te zijn.
Milena Michiko Flašar (I Called Him Necktie)
Tijdens de lange reis in het voetspoor van een onmogelijke romance had Eliza iets verworden dat even waardevol was als de liefde: vrijheid
Isabel Allende (Portrait in Sepia)
Nu vallen de laatste resten van mij af als schilfers van een door de zon verbrande huid en eronder komt een ongepaste, onmogelijke volwassene tevoorschijn. Ik lees in mijn poesiealbum terwijl de nacht langs het raam wandelt en zonder dat het doorheb, glijdt mijn kindertijd stilletjes naar de bodem van mijn herinneringen, die bibliotheek van het gemoed, waaruit ik voor de rest van mijn hele bestaan kennis en ervaring zal opdiepen.
Tove Ditlevsen (Childhood (The Copenhagen Trilogy, #1))
Fanny zag ik niet meer. We waren overeengekomen dat ze pas bij me zou komen op de dag voor de aanslag, voor de laatste instructies, want zij moest de bommen klaarmaken en ze aan me geven. De kameraad die ik nog één keer ontmoette, gaf me het precieze tijdstip op: kwart voor twaalf 's avonds. Het was ons onmogelijk de schouwburg binnen te komen, want daar mocht je alleen in op uitnodiging; we moesten dus wachten onder de zuilengalerij.
Irène Némirovsky (The Courilof Affair)
Vader leek wanhopig. 'Maar, Mattias , je weet dat het onmogelijk is geen sporen na te laten. Er is altijd iemand die je ziet. Altijd iemand die zich je herinnert. Altijd iemand die van je houdt. Bijna altijd. Dat is gewoon zo.' 'Dat is het niet. Het is niet zo dat ik geen sporen wil achterlaten, ze hoeven alleen niet zo zichtbaar te zijn. Ik hoef geen handafdruk in cement. Ik hoef niet geïnterviewd te worden om wat ik doe. Is dat zo erg? Dat je geen behoefte hebt om gezien te worden? Niet iedereen wil vooraan staan. Er zijn ook mensen nodig die nummer twee willen zijn.
Johan Harstad (Buzz Aldrin, waar ben je gebleven?)
Wanneer alle spelers na de gedane arbeid op de parkeerplaats voor de school in de steeds warmer wordende avondlucht bijeenkwamen om de ervaringen van die dag uit te wisselen, begreep ik dat iedereen geraakt werd door het stuk waarmee hij bezig was en we voelden dat het over de dood ging en ik geloof dat we beseften (al weten de goden dat we er niet bewust aan dachten) dat dit Wohlmans manier was om ons te vertellen dat ons, zodra we klaar waren met deze school, niet de toekomst wachtte met al zijn openbaringen, kansen en al die andere zaken die we ons hadden voorgesteld - een zee van mogelijkheden en ervaringen - maar juist het begin van iets anders, iets zonder de exploderende kleurenpracht die we elkaar hadden voorgeschilderd, hier zetten we de eerste onmogelijke stappen op weg naar het werkende leven, naar de routine, de eindeloze herhaling, de systematiek en het leven van alledag waar iedereen die vóór ons volwassen geworden was al lang deel van uitmaakte, ochtenden, werkdagen en bezoekjes aan de supermarkt en de rijen voor de kassa en de uren voor de tv of de uren met de was of koken en kinderen die je op sommige dagen liever niet gehad had en de grenzeloze irritatie over de naïeve jeugd die het had over Kerouac, de planning van de volgende ochtend, dit alles ad nauseam herhaald, slechts onderbroken door korte dagen die zich ontvouwden en dan weer verschrompelden, 's zomers of met Kerst, dagen die alleen nog extra benadrukten dat niemand ons kwam verlossen en dat we alleen maar konden hopen dat we in elk geval een beetje konden dansen op het ritme van onze inmiddels o zo voorspelbare levens, dat dat juist onze redding zou blijken zodat we niet langer zouden vechten tegen de monotonie maar die juist zouden accepteren, dat we het triviale zouden omarmen, zoals Wohlman ongetwijfeld gedaan had, tot we op een dag wakker werden en beseften dat de maat waarop we dag in dag uit bewogen, wankel en allesbehalve gracieus, uiteindelijk onze eigen hartslag was, naar, bij gebrek aan een beter woord, hartenlust kloppend van opluchting omdat we nu eindelijk in de geweldige maalstroom waren beland van identieke, voorspelbare dagen.
Johan Harstad (Max, Mischa & Tetoffensiven)
Ik heb mijn strikt persoonlijke tijdrekening, onmogelijk in overeenstemming te brengen met die welke gebaseerd is op de stichting van Rome of het tijdperk van de Olympiaden. Vijftien jaren in het leger hebben korter geduurd dan een ochtend in Athene; er zijn mensen met wie ik mijn leven lang ben omgegaan en die ik in de Onderwereld niet zou herkennen.
Marguerite Yourcenar (Memoirs of Hadrian)
Menselijke wezens zijn per definitie verdacht, op grond van hun vermogen om te denken, en deze verdenking kan niet afgewend worden door voorbeeldig gedrag, want het menselijk vermogen om te denken is ook het vermogen om zich te bedenken.[...]De volgende beslissende stap is [...] de moord op de morele persoon in de mens. Dit gebeurt hoofdzakelijk door het martelaarschap onmogelijk te maken.
Hannah Arendt (The Origins of Totalitarianism)
Het beroep dat jullie kiezen is een onmogelijk beroep. Wat een pretentie. De Eeuwige uitleggen! Het licht toelichten! Hoe haal je het in je knars. De Bijbel spreekt voor zich of helemaal niet. Maar als je dan toch schriftgeleerde wilt worden, vraag je nooit af bij een preek: wat zullen de mensen ervan zeggen? Vraag je af: wat zou Jezus er van zeggen? Al loop je dan wel stevig de kans dat de hoorders je naar de overtuiging van Kierkegaard zullen stenigen.
Jaap Zijlstra (De Glazen Schelp)
Toen gebeurde het dat zijn grootmoeder voortijdig overleed; gebeurtenissen zijn immers niets anders dan onmogelijkse tijden en onmogelijke plaatsen, je wordt op een verkeerde plaats neergelegd of vergeten en je bent zo machteloos als een ding dat door wordt opgeraapt. Ook wat veel later gebeurde, gebeurt duizenden keren op de wereld, en het was alleen niet te begrijpen dat het Tonka overkwam. De dokter verscheen dus, de lijkbezorgeres kwamen, de overlijdensakte werd ingevuld en grootmama begraven - het een volgde heel gladjes op het andere zoals dat nou eenmaal hoort in een nette familie. De erfenis werd geregeld; je mocht blij zijn dat je daaraan niet mee hoefde te doen; slechts een enkel punt in de nalatenschap vereiste de aandacht: de verzorging van juffrouw Tonka met de prachtige achternaam, die een van die Tsjechische familienamen was die 'hij zong' of 'hij kwam over de weide' betekenen. Er was een arbeisovereenkomst. Het meisje zou behalve haar loon, dat laag was, voor elk voltooid dienstjaar met een bepaald bedrag in de erfenis bedacht worden, en omdat men met een vrij lang ziekbed van grootmama rekening had gehouden en, overeenkomstig de te verwachten steeds moeilijker wordende verpleging een langzaam oplopend bedrag had vastgesteld, leidde dat ertoe dat het geringe bedrag op een jong iemand een stuitende indruk moest maken, als hij de opgeofferde maanden van Tonka's jeugd in minuten zou omrekenen.
Robert Musil
Vijfentwintig jaar getrouwd zijn en elkaar nog in de armen vliegen op het perron van de Gare du Nord zoals in een film noir van Jean Renoir. Langs de zee wandelen tot de broekspijpen nat zijn, en dan toch nog in dat chique restaurant gaan eten, en daarom lachen. Elkaar een boek voorlezen. Is dat romantisch? Ja, maar dat is de liefde ook, romantisch. Niet elke dag, maar van tijd tot tijd wel.
Dirk De Wachter (Liefde: Een onmogelijk verlangen?)
Bede Het is een voldoening te weten dat je goed hebt gehandeld, steeds je plicht hebt gedaan, je gegeven woord hebt gehouden en nooit meineed hebt gepleegd om een ander te bedriegen. Er wacht jou dan ook een lang leven vol vreugde, Catullus, na deze onbeantwoorde liefde. Alle goeds dat mensen elkaar kunnen zeggen of doen, heb jij gezegd of gedaan. Door haar verraad heb je al je vertrouwen verloren. Waarom je nog afmartelen? Verman je, trek je terug en maak jezelf niet ongelukkig tegen de wil van de goden. Het is lastig om een oude liefde op te geven, het is lastig, maar noodzakelijk. Dat is je enige redding, je enige kans op zege. Doe het of je nu kan of niet. Goden die vol mededogen al zovelen hebt bijgestaan in het aanschijn van de dood, red een ongelukkig mens die voorbeeldig heeft geleefd, van deze pest en plaag, van deze onlust die hem door merg en been drong en alle levensvreugde benam. Ik vraag niet dat zij me zou liefhebben of trouw zou zijn (dat is onmogelijk) ik wil alleen van haar genezen. Goden, gun mij die genade, ik heb mijn plicht gedaan. (Paul Claes)
Catullus
Hoe vaak hoorden we geen uitspraken in de zin van: “Wetenschappelijk onderzoek toonde aan dat …” of “Het is wetenschappelijk bewezen dat …” Daarbij neemt men aan dat wetenschap altijd waar is. Maar hoe betrouwbaar is wetenschap? Heel veel van wat we wetenschap noemen, en we als waar aanvaarden, is noch waar, noch onwaar, en behoort tot de metafysica. Gedurende een korte tijd (volgend op de publicatie van de Tractatus van Wittgenstein) zag het ernaar uit dat we een messcherp onderscheid konden maken tussen betrouwbare wetenschappelijke uitspraken en onbetrouwbare metafysische uitspraken. Maar Wittgenstein zette dat onderscheid zelf op de helling met de postume publicatie van zijn Philosophical Investigations. Nog later pakte de (overwegend Franse) postmoderne filosofie uit met de stelling dat er in de algehele wetenschap minder waarheid is vervat dan in een simpel literair gedicht. De tijd van betrouwbare algemene theorieën leek hopeloos voorbij. Is dat zo? Is cognitief denken onmogelijk geworden? Hierna volgt een reflectie. Het tijdgewricht waarin we leven, althans in de westerse wereld, noemt men de postmoderniteit. Het wordt gekenmerkt door grote onzekerheid en een gevoel van toenemende onveiligheid. Onzekerheid heerst rond onbeantwoorde vragen met betrekking tot de toekomst van de planeet, tot de duurzaamheid van de energievoorziening, tot de werkzekerheid, tot de stabiliteit van het gezin, tot de gedaalde sociale controle, tot de toename van het aantal asielzoekers, tot het bestaan van een god, enzovoort. Onveiligheid houdt verband met oorlog, met terrorisme, met criminaliteit. Het is de bedoeling al die fenomenen wetenschappelijk te bestuderen. Maar hoe zeker ben ik dat wetenschap nog steeds betrouwbaar is?
Jean Pierre Van Rossem (Postmoderniteit: Onzekerheid & Onveiligheid)