Alle Moeders Quotes

We've searched our database for all the quotes and captions related to Alle Moeders. Here they are! All 28 of them:

β€œ
Niets is veilig, alles is bruikbaar, de verdraaiingen in zijn memorie, de verzinsels uit zijn buurt, de roddels uit zijn krant, en op den duur lijkt alles maar gebeurd te zijn omdat het hem prima stof oplevert, zelfs de dood van zijn eigen moeder. Wie schrijft is een gier.
”
”
Tom Lanoye (Sprakeloos)
β€œ
Een jongetje zei tegen zijn moeder dat hij 'helemaal' van haar hield. Ze corrigeerde hem: 'Het is niet "helemaal", maar "heel veel".' Maar hij zei: 'Nee, "helemaal". Van mijn schommelpaard en speelgoedauto hou ik "heel veel", maar van jou hou ik "helemaal". Toen begreep ze dat hij hield van alles wat zij was.
”
”
Leo Bormans (The World Book of Love - Het geheim van de liefde)
β€œ
Wanneer kinderen groter worden verdedigen ze hun geheimen uit alle macht. Anders zouden ze door hun moeders worden verslonden. Het ergste wat ik ken zijn jongelui die alles met hun moeder delen. Die worden nooit vrij.
”
”
Marianne Fredriksson (Two Women)
β€œ
Dit is alles wat wij weten: moeder en zoon herenigd - je ziet in je gedachten hoe een witte zwaan wordt gewiegd door een vijver en je vraagt: zou die vogel de rouw kennen van het water en zou het water weten wie het wiegt.
”
”
Rutger Kopland (Verzamelde gedichten)
β€œ
Op een dag - ik was een jaar of negen - werd het mij allemaal duidelijk. 'Ik had nooit kinderen moeten nemen,' zei mijn vader terwijl hij naar het tafelblad staarde alsof het pas op dat moment tot hem doordrong, en we medelijden met hem moesten hebben. 'Harun, niet waar de kinderen bij zijn,' zei mijn moeder. 'Ze mogen het weten,' zei hij. 'Ze moeten weten dat ik anders ben.' Hij zweeg even en keek toen ineens trots op: 'Ik ben geen klassieke vader, ik ben een communist!' Ik keek hem onbewogen aan. En ik herinner me goed dat ik me niet gekwetst voelde. Voor het eerst voelde ik me niet gekwetst, want ik dacht: je hebt gelijk. Je hebt helemaal gelijk, baba. Dit zegt een vader niet tegen zijn kinderen. En alles daarom al had je geen kinderen moeten nemen. Alleen daarom al had je geen vader mogen worden. Alleen daarom al had je mijn vader niet mogen zijn.
”
”
Murat Isik (Wees onzichtbaar)
β€œ
Neen: je plicht doen, dat was alles wat er overbleef... En die plicht was: proberen het boek te voltooien, tegen beter weten in, want wie werd iets wijzer van wat ik opschreef? Maar Γ‘f moest het, vind ik zelf, Γ‘f... voordat ik voorgoed in de alkohol kopje onder zoude gaan en eindelijk de enige verlossing zoude vinden die bestond: de Dood...
”
”
Gerard Reve (Moeder en zoon)
β€œ
Dis maklik om te sΓͺ die kerk is ’n droΓ« ou moeder. Tog wil ek my nie indink wat sal in die woestyn van barmhartigheid gebeur as die wΓͺreld op ’n oggend wakker word en alle kerke het oornag hulle deure gesluit en hulle aktiwiteite gestaak nie. Geen brood om uit te deel nie. Geen sendingstasies of sopkombuise nie. Niemand om mense te doop en te begrawe nie. Eers op daardie dag sal ons besef die ou moeder was toe al die tyd nie so dor as wat ons gedink het nie.
”
”
Annelie Botes (Swart op Wit (Afrikaans Edition))
β€œ
Zo mooi was ze, Fergusons moeder, zo aantrekkelijk met haar grijsgroene ogen en haar lange bruine haar, zo spontaan, zo levenΒ­dig en goedlachs, zo fraai gevormd met de een meter achtenzestig die haar was toebedeeld, dat Stanley, bij de eerste handdruk die hij met haar wisselde, de afstandelijke en gewoonlijk vrijgevochten Stanley, de negenentwintigjarige Stanley die nog nooit door het liefdesvuur was verteerd, zichzelf ten overstaan van Rose voelde verschrompelen, alsof alle lucht uit zijn longen was gezogen en hij nooit meer zou kunnen ademen.
”
”
Paul Auster (4 3 2 1)
β€œ
...en aan 'das SchΓΆne' dat de wereld is, de wereld, de natuur en wijde schoonheid van alles, al het mooie bij elkaar. Dan denk ik niet aan al de ellende, maar aan het mooie dat nog steeds overblijft. Hierin ligt voor een groot deel het verschil tussen moeder en mij. Haar raad voor zwaarmoedigheid is: 'Denk aan al de ellende in de wereld en wees blij dat jij die niet beleeft.' Mijn raad is: 'Ga naar buiten, naar de velden, de natuur en de zon. Ga naar buiten en probeer het geluk in jezelf te hervinden; denk aan al het mooie wat er in jezelf en om je heen groeit en wees gelukkig.
”
”
Anne Frank (De dagboeken van Anne Frank)
β€œ
Ik wou dat ik iemand was, dat denk ik ondertussen, en dat ik alles kon, of toch datgene wat ze van mij wilden. Ik wou het zelfvertrouwen van dat ene kind met die grote oren. En het grapje waar die mevrouw met dat haar, daar achter dat ene raam, zo om moet lachen, ik wou stoute schoenen om aan te trekken. Ik wou glanzend geluk en onwerkelijk grote liefde. Ik wou troost voor mij en voor iedereen die dat nodig heeft. Ik wou dat ik steengoed was in wat ik deed. Ik wou dat ik hem kon geven wat hij dan verlangt. Ik wou een vader die ik meer kon helpen. Ik wou een moeder. Ik wou de mist boven de bergen, dingen om nooit meer te vergeten, en onweerstaanbaar zijn, dat ook nog.
”
”
Griet Op de Beeck
β€œ
Kom naar beneden!’ Ik kwam naar beneden, en toen ik weer op de grond stond, gaf mijn moeder me twee klappen in mijn gezicht. Wat zijn dat voor spelletjes?’ Ik wilde de Wildernis zien.’ Er is daar niets. Dat weet je.’ Als er niets is, kan het ook geen kwaad.’ Niets is het gevaarlijkste dat er is.’ Waarom?’ Als er niets is, kun je iets bedenken. Je zult de leegte niet kunΒ¬nen verdragen. Het zal evengoed leeg zijn, maar je zult jezelf wijsmaken dat dat niet zo is.’ Wat ik mezelf wijsmaak is waar.’ Wat jij jezelf wijsmaakt is een verhaal.’ Dit is een verhaal: jij, ik, het schroothuis, de schat.’ Dit is het echte leven.’ Hoe weet je dat?’ Niemand zou er ooit voor betalen om ernaar te kijken.’ Ze draaide zich om om het haveloze huis weer binnen te gaan. Toen draaide ze zich weer om naar mij. En ik zou er alles voor over hebben om het niet te hoeven leΒ¬ven.’ Je moet het niet leven. Je moet het veranderen.' 'Je begrijpt het niet, hΓ¨?’ Wat begrijp ik niet?’ Dit is het echte leven.
”
”
Jeanette Winterson (Powerbook)
β€œ
Misschien staat alles wel in het teken van een groot moederschap, als een gemeenschappelijk verlangen. De schoonheid van de maagd, een wezen dat (zoals u het zo fraai uitdrukt) β€˜nog niet heeft opgeleverd’, bestaat in het moederschap, dat zichzelf voorvoelt en voorbereidt, dat vrees en verlangens koester. En de schoonheid van de moeder bestaat in een dienend moederschap, en in de oude vrouw leeft een grote herinnering voort. En ook in de man is moederschap, lijkt me, zowel lichamelijk als geestelijk; zijn verwekken is ook een soort baren, en baren is het als hij uit zijn meest persoonlijke rijkdom creeert. En misschien zijn de seksen wel verwanter dan men denkt, en de grote vernieuwing van de wereld zal er misschien wel in bestaan dat de man en het meisje, bevrijd van alle valse gevoelens en gevoelens van onlust, elkaar niet als hun tegenpool zullen zoeken, maar als broer en zus en als buren, en dat zij zich als mens zullen aaneensluiten om eenvoudig, ernstig en geduldig de hun opgelegde zware last van hun seksualiteit gezamenlijk te dragen. - Thans in Worpswede bij Bremen, 16 juli 1903
”
”
Rainer Maria Rilke (Letters to a Young Poet)
β€œ
That Sunday night of Elena's third birthday, I wept beside her in bed. For her, but more, I believe, for myself: for a resilience I never knew I had, and that I believe all mothers possess, however they choose to express it. We are not soft, docile icons, mute and passive virgins: we are fucking fierce. Motherhood requires a tremendous bravery that I never recognized or celebrated before I was forced to come into it, shaking and stunned. It leads women to march, to protest, to fight, to enact change, to persevere at great risk to themselves, to challenge the very foundation of society. After the placenta had been buried, we set the rock atop it, and we all walked back to the house. Elena jumped on a mini trampoline, my niece went to recover from all the overqrought midlife emotion on the couch, my parents made lunch. I washed the blood from my hands, thinking about the oak, the rock, the placenta. Buried there is the truth of what it feels like to be so susceptible and broken-open, and also to say: I can do this. I will do this. I contain this, thirty-two miles of capillaries, a new tree of life. Mutter, madre, mater, material, moeder, modder: the mud, the material, the making at the heart of everything.
”
”
Sarah Menkedick (Ordinary Insanity: Fear and the Silent Crisis of Motherhood in America)
β€œ
Ik bewonder haar, moeder, echt. Zoals zij alles aanpakt wat op haar pad komt en nooit opgeeft.' Angeline Fowl zoog verbaasd haar adem in. 'Nou, Artemis Fowl de Tweede, dat is zo'n beetje de langste niet-wetenschappelijke zin die ik je ooit heb horen uitspreken.
”
”
Eoin Colfer (The Atlantis Complex (Artemis Fowl, #7))
β€œ
Hij hield extreem veel van zijn echtgenote. Hij hield, met andere woorden, te veel van die ene vrouw. Dat ze op jonge leeftijd overleed zag hij dan ook als de wraak des hemels voor die liefde. een andere verklaring voor haar dood had hij niet. Na het overlijden van zijn echtgenote hield hij zich ver van alle vrouwen. Hij nam niet eens een meid in huis. Het koken en poetsen liet hij over aan een man. Dit deed hij niet omdat hij alle andere vrouwen haatte. Het was omdat die vrouwen allemaal leken op zijn echtgenote. Zo rook bijvoorbeeld iedere vrouw net als zij naar vis. En, overtuigd dat ook dit de wraak des hemels was omdat hij te veel van zijn vrouw had gehouden, vond hij berusting in het feit dat hij het moest stellen zonder vrouw in zijn leven. Maar in zijn huis was één vrouw aanwezig om wie hij niet heen kon. Hij had een dochter. Uiteraard leek zij meer dan welke andere vrouw ook ter wereld op zijn overleden echtgenote. De dochter zat inmiddels op de hogere middelbare meisjesschool. Midden in de nacht ging het licht aan in haar kamer. Hij gluurde door een kier in de schuifdeuren. Het meisje hield een kleine schaar vast. Terwijl ze haar opgetrokken knieën uit elkaar spreidde en langdurig omlaag tuurde, hanteerde ze de schaar. De volgende dag, nadat zijn dochter naar school was vertrokken, staarde hij stiekem naar de witte bladen van de schaar en hij kreeg koude rillingen. Weer ging midden in de nacht het licht aan in de kamer van zijn dochter. Hij gluurde door de kier in de schuifdeuren. Ze griste een witte doek van de vloer, klemde hem in haar armen en liep de kamer uit. Hij hoorde water uit de kraan stromen. Even later stak zijn dochter het vuur van het komfoor aan, legde de witte doek erop en ging afwezig zitten. Daarop begon ze te huilen. Toen ze ophield met huilen, knipte ze haar nagels boven de doek. Op het moment dat ze de doek wegnam vielen die er kennelijk af, want hij rook de misselijkmakende geur van brandende nagels. Hij had een droom. Daarin vertelde zijn overleden echtgenote aan hun dochter dat hij haar geheim had gezien. Sindsdien keek zijn dochter hem niet meer aan. Hij hield niet van zijn dochter. De gedachte dat een man op zijn beurt de wraak des hemels zou ondergaan vanwege zijn liefde voor haar, deed hem huiveren. Op een nacht richtte zijn dochter uiteindelijk een dolk op zijn keel terwijl hij sliep. Hij wist dat. Hij berustte erin dat het de wraak des hemels was, omdat hij tot het uiterste van zijn echtgenote had gehouden en te veel had gehouden van die ene vrouw, en hij hield rustig zijn ogen gesloten. Hij voelde dat zijn dochter het had gemunt op de vijand van haar moeder, en hij wachtte op het mes.
”
”
Yasunari Kawabata
β€œ
Soms denk ik dat alles wat ik doe een imitatie is. Dat ik zelfs doe alsof ik besta
”
”
Mirthe van Doornik (Moeders van anderen)
β€œ
Hoe vaak heb ik niet gedacht: als ik maar vrij was, los van alles en iedereen. Ik heb nog nooit zo duidelijk leren inzien als nu, dat je vader en moeder het kostbaarste bezit zijn, dat je niet buiten hen kunt. Op het ogenblik ben ik zelfs geneigd hen te stellen boven een eventuele geliefde. De veilige, vertrouwde sfeer van het ouderlijk huis vind je immers nergens en nooit meer terug.
”
”
Hanny Michaelis (De wereld waar ik buiten sta: Oorlogsdagboek 1942-1945)
β€œ
Manus eet niks,' zei ik tegen mijn moeder en ik vroeg of ik wat brood mocht nemen en wat melk, om hem te voeren. Alles mocht. Met een schoteltje vol keurig vierkant blokjes doorweekt brood, toog ik weer naar de garage, prikte een stuk brood aan het uiteinde van een twijg en stak Manus het voedsel toe. 'Eet,' zei ik. Hij reageerde niet. Het brood dat ik tegen zijn snavel aanduwde, liet los en bleef hangen, wat er slordig en vies uitzag en ook extra zielig. Omdat hij zich tot dan toe niet verroerd had, durfde ik mijn hand uit te steken en hem aan te raken, door met de top van mijn wijsvinger zijn kop te strelen. Hij liet het toe en daardoor hield ik opeens veel meer van hem dan daarvoor. Het was een prachtige vogel en hij zou mijn onafscheidelijke metgezel worden. Zittend op mij schouder nam ik hem overal mee naar toe en als hij een eindje ging fladderen, bleef hij altijd dicht bij mij in de buurt. Cirkelend boven mijn hoofd hield hij mij nauwlettend in het oog. Als kauw kon hij gemakkelijk praten met andere vogels en hij vertelde hun dat hij bij mij hoorde. Alle vogels wilden vanaf dat moment ook wel bij mij horen, maar voor mij kon er maar een de eerste zijn en de eerste was Manus en dat namen ze ook voor lief. Wel spraken ze onderling af dat, waar ter wereld ik mij ook bevond, iedere vogel mij zou beschermen, omdat ik de vogelvrouw was en hun taal begreep. Soms vlogen hele zwermen boven mijn hoofd, die mij allemaal herkenden en vanuit de lucht volgden. Ook op de speelplaats. Als ik in de klas zat en door het raam naar buiten keek, zat het muurtje vol met vogels, die daar wachtten tot ik uit school kwam en zij mij naar huis konden volgen. Alle kinderen wisten dat het mijn vogels waren en ze begrepen ook dat ik daarom geen mensen nodig had, want ik was van de vogels.
”
”
Connie Palmen (De vriendschap)
β€œ
Je wil werd gebroken door je behoefte aan liefde; een behoefte die je moeder niet vervulde.
”
”
Wendy Walker (All Is Not Forgotten)
β€œ
Ik rende naar de badkamer en kotste alles er boven de wasbak weer uit. Dat luchtte op. Ik spoelde mijn mond en strompelde terug naar het bed. Even later hoorde ik mijn vader roepen: 'Shit, Max, shΓ­t! Kon je het niet even opruimen?' 'Pa,' zei ik, 'ik ben ziek.' 'Het stinkt! Ik laat het wel liggen!' 'Jij laat niks liggen!' riep mijn moeder van beneden.
”
”
Edward van de Vendel (Het kankerkampioenschap voor junioren)
β€œ
Had moeder niet zo aangedrongen dat hij daar volstrekt naar toe moest, dan zou de Witte waarschijnlijk zonder enige mogelijkheid gegaan zijn, maar nu het weeral 'moest', was er alle aantrekkelijkheid af, en kwam er in de Witte onmiddellijk verzet.
”
”
Ernest Claes (De Witte)
β€œ
Geen Priester vergeeft u de misslagen uit kracht van ’t gezag eener kerk, die deze vergeving op ’t gruwlijkst misbruikt en verbeurd heeft. Hy zal u voor een hand vol gelds niet zeggen: al hadt gy de moeder gods verkracht of al doet gy het nog, ik ontsla u van schuld en open de poorten des hemels in des H. Petrus naam. Maar uw medechristen zal met u bidden tot Hem van wien alle vergeving komt, die voor uwe wandaden geleden heeft, die ’t berouw dat gy voelt in uw hart werkt, en ook u het onbedrieglijk woord heeft gegeven, dat Hy in het uur der benaauwdheid u hooren en redden zal.
”
”
Willem Bilderdijk (Een protestant aan zijne medeprotestanten ter gelegenheid van de afschetsing der voortreffelijkheid van den katholyken kerkler door J. G. le Sage ten Broek. 1816 [Leather Bound])
β€œ
Uw moeder maakt het ook goed, hoop ik? Al gewend daar in Bournemouth?" "O ja, ze vindt het er heerlijk", antwoordde Edmund, die geen flauw idee had hoe zijn moeder het vond, doch, gelijk de meeste zonen, graag veronderstelde dat alles in orde was met die lieve, maar vaak zo hinderlijk irriterende oudelui.
”
”
Agatha Christie (A Murder Is Announced (Miss Marple, #4))
β€œ
Negen maanden tevredenheid. Het kindje was nog niets en kon nog alles worden. Het kindje was nog niet niets en zou duizenden kansen krijgen, dacht Katrien. en wij zien het kindje. Negen maanden als een geestesverruimende toestand die zo gelukzalig was dat zowel moeder als kind bijna de bevalling uit het oog verloor. Door de natuur aangemoedigd kwam het er dan toch van: het lichaam van de moeder trok samen en eiste dat het kind naar buiten ging.
”
”
Saskia de Coster
β€œ
De bijen wisten het als eerste. Toen het ijs. Toen de bomen. Toen alle moeders van de wereld.
”
”
Tess Clare
β€œ
En in dat alles zal het mensen een rotzorg zijn dat ik in een woonwagen woon, of kort haar heb, of dat ik zowel op jongens als meisjes val, of dat mijn moeder in de gevangenis zit.
”
”
Sara Holland (Havenfall (Havenfall, #1))
β€œ
Mevrouw! In deze wereld... in Thule bedoel ik, gebeurt alles precies andersom dan bij ons.' 'Dat zal wel. Vandaar misschien dat Thule zo'n gelukkig land is.
”
”
Thea Beckman (Kinderen van Moeder Aarde (De Toekomsttrilogie, #1))
β€œ
Uit hoeveel verdriet is ons leven opgebouwd? Uit hoeveel verdriet dat te vermijden is? Soms denk ik wel eens dat we wanneer we doodgaan niet, zoals je altijd hoort, ons hele leven weer voorbij zien komen, maar slechts een klein deel: de uitgebleven blijken van liefde, de niet-gegeven knuffels, het medeleven dat we een ander hebben onthouden, de te lang volgehouden, nutteloze boosheid, de alleen door zichzelf gevoede boosheid. In de laatste momenten van haar leven had mijn moeder, dat weet ik zeker, mijn vader wel een complete kennel willen schenken. Maar toen was het te laat. Te laat. Pas als we ouder worden realiseren we ons de ernst van sommige dingen die we hebben gezegd, en alles waarin we tekortgeschoten zijn - uit oppervlakkigheid, egoΓ―sme, haast - begint dan op ons hart te drukken. Maar onze tijd is al vervlogen en we kunnen niet meer terug.
”
”
Susanna Tamaro (Per sempre)